Hoe maak je macarons
Inleiding
Bakken en kokkerellen is nu populairder dan ooit tevoren. Kijk alleen maar eens naar cupcakes. Duizenden mensen doen mee aan deze rage. Ze bakken de cakejes en versieren ze tot heuse kunstwerkjes. Een gebakje dat niet onderdoet voor de cakejes is de macaron. Ook macarons kunnen mooie kleuren krijgen en er prachtig uit zien. Maar hoe maak je deze, relatief lastige, macarons nou eigenlijk precies?
Ingrediënten
Macarons, ook wel makronen genoemd, bestaan uit twee onderdelen. Ten eerste heb je de koekjes, de buitenkanten. Tussen de twee koekjes zit een crème. Door deze crème plakken de twee koekjes aan elkaar vast. Voor tien macarons heb je het volgende nodig:
Beslag
- 3 eiwitten
- 180 gram poedersuiker
- 120 gram gemalen amandelen
- 1 snufje zout
Je hebt ook nog iets nodig om een bepaalde smaak aan de macarons te geven. Wil je chocolademacarons, dan moet je een lepel cacaopoeder toevoegen. Wil je pistachemacarons, voeg dan wat gemalen pistachenoten toe. Ook kun je ervoor kiezen om nog een kleurstof toe te voegen aan het beslag.
Crème
- 50 gram boter
- 1 eetlepel melk
Nu heb je weer iets nodig om een smaak aan de crème te geven. Kies bijvoorbeeld voor 120 gram gesmolten chocolade of frambozenjam. Ook hier kun je weer eindeloos in variëren. Je hoeft alleen maar de smaak toe te voegen die jij lekker vindt.
Bereidingswijze
De bereiding van het beslag neemt weinig tijd in beslag. Het is dan ook handig om voordat je begint de oven al voor te verwarmen. Elektrische- en heteluchtovens kunnen op 150 graden.
- Splitst de eieren en doe de eiwitten in een kom. Meng de eiwitten met een mixer totdat het stijf geworden is. Dit neemt gewoonlijk een paar minuutjes tijd in beslag.
- Voeg daarna de poedersuiker, amandelen en smaakmaker naar keuze (bijvoorbeeld het cacaopoeder) toe. Mix dit geheel totdat het een soepel en glad beslag is geworden.
- Maak van het beslag twintig hoopjes op een bakplaat bedekt met bakpapier. Probeer ze allemaal van dezelfde grootte te maken. Anders kan het straks nog lastig worden om de twee helften aan elkaar te plakken. Het is handig om een spuitzak te gebruiken.
- Zet de bakplaat nu in het midden van de oven. Laat de macarons een kwartiertje bakken. Na dit kwartiertje haal je de bakplaat uit de oven en laat je de macarons goed afkoelen.
- Terwijl de macarons afkoelen, kun je aan de crème beginnen. Meng de boten en melk en het ingrediënt naar keuze goed (bijvoorbeeld de jam of gesmolten chocolade).
- Als alles goed is afgekoeld, kun je de macarons als het ware in elkaar gaan zetten. Pak een schijfje van de bakplaat en smeer hier een laagje crème op. Plak er dan een tweede helft op. Op deze manier maak je van twintig helften in totaal tien macarons. Smakelijk eten!
Conclusie
Macarons zijn felgekleurde gebakjes die in ons land steeds populairder worden. Vaak wordt het bakken van macarons als redelijk lastig ervaren, maar met een goede voorbereiding moet het je wel lukken. Met de smaak van het beslag en de crème kun je eindeloos variëren. Als je chocolademacarons wilt, gebruik je cacaopoeder voor in het beslag en gesmolten chocolade voor in de crème. Wil je aarbeienmacarons, gebruik dan aardbeienjam. Succes met het bakken van je macarons!
Bronnen afbeelding: Wikimedia Commons, Brian Ochalla