De beknopte geschiedenis van molens
Inleiding
Windmolens zetten wind om in energie. Dit principe werd 7000 jaar geleden al gebruikt door de oude Egyptenaren. De eerste windmolen is volgens sommigen ongeveer 2000 jaar geleden in China gebouwd, een panemoon. Hier is geen bewijs voor. Er is wel bewijs voor dat er al meer dan 1000 jaar geleden in Perzië molens bestonden. Dat wordt tenminste duidelijk uit een geschreven document uit de zevende eeuw, waarin staat dat er toen in Perzië al molens waren.
Ontwikkeling
De Perzische molens zagen er iets anders uit dan de molens zoals wij ze kennen. Zij hadden een soort van wieken, die aan een as vastzaten. Alleen de as stond als het ware op de grond en de constructie stond dus verticaal, in tegenstelling tot de horizontale constructie van molens zoals zij bekend zijn. Onderaan was een molensteen bevestigd aan de as, die over een andere steen draaide. In het oude Perzië gebruikten ze veel grotere molenstenen als tegenwoordig. De molens waren bestemd voor het malen van graan, wat daarvoor gedaan werd door middel van een rosmolen met een paard, en waarschijnlijk werden zij ook gebruikt om water naar akkers te pompen.
Waarschijnlijk is tijdens de kruistochten in de 12e of 13e eeuw de kennis over windmolens naar Europa gekomen. In die eeuw werd waarschijnlijk de eerste molen in Europa gebouwd. Dit is niet zeker; het kan ook dat Arabieren de kennis meenamen naar Spanje, dat ze veroverd hadden. Nog altijd werden de molens gebruikt voor hun oorspronkelijke doel; het malen van graan en waterpompen.
Het bijzondere is wel, dat de Europeanen molens met een horizontale as bouwden, in tegenstelling tot de oorspronkelijke molens met een verticale as. Dit kan beschouwd worden als een verbetering. De Europeanen hebben de molen meer verbeteringen gegeven, zoals een draaibare kap waardoor de wieken altijd in de wind kunnen staan en de mogelijkheid om de molen ook normaal te laten werken bij lage windsnelheid. De eerste soort molens in Europa worden inverted mills genoemd. Deze bestaan niet meer en het is niet makkelijk er een plaatje van te vinden.
Na verloop van tijd werd de molen voor van alles gebruikt; zonnebloempitten malen om verf van de olie te maken, mosterd maken van specerijen (mosterdmolen), touw maken, papier maken (papiermolen), hout zagen (paltrokmolen) en mineralen te malen om leer mee te looien.
Holland en de molen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Op het moment dat de eerste molen in Nederland werd gebouwd, had hij al veel verbeteringen ondergaan in andere landen. De molen werd in Holland de kurk waar het land op dreef en werd hier nog meer verbeterd. Hij werd hier dan ook op grote schaal gebruikt om water weg te pompen en er waren op het hoogste punt 9000 molens. Vanuit Europa werd met de volksverhuizingen het idee van de windmolen meegenomen naar Amerika. Hier zijn tegenwoordig nog steeds windmolens te vinden, maar dan vooral de bekende Halladay molen ook wel Amerikaanse molen genoemd. Dit zijn de kleine ijzeren molens, die in een weiland staan en in de film gebruikt worden om spanning op te bouwen met gepiep.
In de Verenigde Staten zijn aan het einde van de negentiende eeuw de eerste molens gebouwd met als doel het opwekken van elektriciteit. Ook de Halladay molen is hier voor gebruikt. De molen met als doel het opwekken van elektriciteit heeft veel ontwikkelingen doorgaan tot op heden, wanneer hij op grotere schaal gebruikt wordt.
Tot slot
Tegenwoordig zijn er 1048 windmolens in Nederland. Hierbij worden kleinere molens zoals Halladay molens en tjaskers niet meegerekend. De meeste staan in Zuid- Holland.
In het buitenland wordt Nederland gelijk geassocieerd met molens, omdat molens er vroeger water weg pompten. Dit heeft niets met aantallen te maken. In bepaalde landen staan veel meer molens.
De traditionele molen is in de negentiende eeuw over de hele wereld grotendeels vervangen door stoommachines. In Holland gebeurde dit wat later, waarschijnlijk vanwege geldgebrek. Als gevolg van de Tweede Wereldoorlog verdwenen meer molens, die erna vaak niet meer opgebouwd werden. Nog steeds worden er molens gebouwd, maar dan wel met nieuwe bouwmethoden. Een voorbeeld is de Noletmolen in Schiedam, waar ook de hoogste molens ter wereld te vinden zijn, die op het hoogste punt bijna 50 meter zijn.