De bedevaart (al-Hadj) in de Islam

De bedevaart (al-Hadj) in de Islam.

De Islam heeft vijf zuilen waarvan de bedevaart (al-Hadj) één is. In het Arabisch betekent de bedevaart (al-Hadj): “naar een specifieke persoon of plaats gaan.” Islamitisch betekent het: de vijfde zuil van de Islam, de bedevaart naar Mekka die één keer in het leven van de moslim verplicht is als de moslim daartoe in staat is om daar naartoe te gaan.

In de Koran staat:

وَلِلَّهِ عَلَى النَّاسِ حِجُّ الْبَيْتِ مَنِ اسْتَطَاعَ إِلَيْهِ سَبِيلًا وَمَنْ كَفَرَ فَإِنَّ اللَّهَ غَنِيٌّ عَنِ الْعَالَمِينَ ﴾ (آل عمران: 97

En Allah heeft voor de mensen de bedevaart (al-Hadj) verplicht gesteld, (voor hen) die in staat zijn daarheen op weg te gaan. En wie ongelovig is, voorzeker, Allah is onafhankelijk van de werelden."(Vers 3/97).


De komst van de bedevaart (al-Hadj):

Voor de komst van de Islam bestond de bedevaart al. Dit kwam voortuit de tijd van Ibraahiem (Abraham). In Mekka bij de Kaba waren toen der tijd 370 afgodsbeelden waarvoor de mensen de bedevaart kwamen maken, het was ook een gewoonte dat men naakt rond de Kaba ging. Na de komst van de Profeet Mohammed, vrede zij met hem, werd het naakt rondgaan langs de Kaba verboden en werden de afgodsbeelden verwijderd.

Voor wie is de bedevaart (al-Hadj) verplicht?

De verplichting rust op de volgende personen:

  • De persoon dient moslim te zijn.
  • De persoon dient de pubertijd bereikt te hebben.
  • De persoon dient geestelijk verstandig te zijn.
  • De persoon dient geen slaaf te zijn.
  • De persoon dient zowel lichamelijk als geestelijk in staat te zijn om de reis te kunnen verrichten.

Het doel van de bedevaart (al-Hadj).

Bij het verricht van de bedevaart (al-Hadj) dient de moslim afstand te nemen van de aardse geneugten. Men verlaat tijdelijks zijn werk en dient zich slechts bezig te houden met het aanbidden van de Schepper (Allah). Bijzonder aan de bedevaart is de eenheid, het ervaren van deze gebeurtenis in groepsverband zorgt voor een intensere goddelijke beleving. Tijdens de bedevaart (al-Hadj) zijn alle mensen gelijk, men draagt allemaal dezelfde kleding en hebben allen hetzelfde doel.

De rituele van de bedevaart (al-Hadj).

  • Ihraam: is een staat waarin speciale kleding wordt aangetrokken en bepaalde handelingen die normaal gesproken wettig zijn, worden verboden voor de moslim. De moslimman wordt geacht om twee naadloze witte doeken te dragen. De moslimvrouw kan haar gewoonlijke kleding behouden.
  • Tawaf: wanneer de moslim aankomt in Mekka is dit zijn eerste verrichting de Tawaf, de rondgang rond de Kaba in Mekka.
  • Maqaam Ibrahiem: na zeven keer rond de Kaba te zijn gegaan, verricht de moslim twee gebedseenheden achter Maqaam Ibrahiem. De Schepper (Allah) heeft Ibrahiem (Abraham) de opdracht gegeven om in Mekka het eerste Huis te bouwen voor de aanbidding richting de Schepper (Allah). Abraham (Ibrahiem) verrichtte deze zaak en zijn zoon Ismael (Isma’iel) gaf hem de stenen aan. Toen de muren van de Kaba te hoog werden stond Abraham (Ibrahiem) op een rots en dit is de standplaats van Ibrahiem, wat Maqaam Ibrahiem in het Arabisch wordt genoemd.
  • Sa’j: dit betekent dat de bedevaartgangers lopen tussen de heuvels die tussen Mekka liggen; deze heuvels heten Safa en Marwah. De moslim loopt dit zeven keer in het totaal.
  • Het knippen van het haar: hierna knipt de moslim het haar.
  • Tocht naar Mina: dan de tocht naar de vlakte Mina.
  • Arafat: dan gaan de moslims naar Arafat en vanaf de middag tot de avond wordt al-Woeqoef verricht wat oponthoud inhoudt.
  • Moezdalifah: dan gaan de moslims naar Moezdalifah. Twee gebeden worden hier gezamenlijk door de bedevaartgangers verricht.
  • De dag van het Slachten (Jawm an-Nahr) in Mina: hier verzamelen de bedevaartgangers zeven steentjes die ze gooien richting Jamrah. Na het bidden worden er slachtdieren geofferd, deze dag staat bekend als het Offerfeest (ied al adhaa). Daarna word nog een keer de rondgang rond de Kaba verricht en het lopen tussen de heuvels Safa en Marwah. Daarna dient de moslimman zijn hoofd te scheren.
  • Ajaam at-Tashriq: dit gebeurt op de elfde tot de dertiende dag van de bedevaart (al-Hadj) dat de moslims in Mina de Schepper (Allah) gedenken.
  • Het werpen van steentjes (Ramj al-Djimar): na het offerfeest worden er op drie plaatsen steentjes gegooid. Het werpen van deze steentjes is ook een herinnering aan de innerlijke strijd die de moslim tegen het kwade voert.

Voor meer informatie over de Bedevaart (al-Hadj) kijk op http://www.risallah.com/islam/index.php?i=hadj.

Reacties (0)

Reageer
Geen resultaten gevonden