Welke problemen ontstaan er door migratie

Inleiding

Als je migreert, betekent dit dat je van de ene plaats naar de andere plaats verhuist. Je hebt twee soorten migratie: immigratie en emigratie. Immigratie is de verhuizing van een vreemde naar het land waar jij woont. Emigratie is het verhuizen van iemand uit jouw land naar een ander land. Migratie brengt vaak problemen met zich mee. Maar wat zijn deze problemen in Nederland? Welke oplossingen zijn er voor deze problemen? 

Problemen door migratie

In Nederland heersen er sinds 2000 duidelijke problemen die zijn ontstaan door de migratie. De buitenlandse, allochtone, inwoners hebben een achterstand op diverse gebieden en andere problemen waarmee ze geconfronteerd worden. Enkele van deze problemen zijn: 

  • Achterstand op de arbeidsmarkt. Allochtonen zijn over het algemeen vaker werkeloos dan autochtonen. Ook zit er verschil in het soort werk: allochtonen zijn vaak lager opgeleid en werken in lagere posities dan autochtonen.
  • Achterstand op de woningmarkt. De situatie waarin allochtonen wonen is slechter dan die van de autochtone bewoners. Buitenlanders wonen vaak in huizen van slechtere kwaliteit. Ze wonen bij elkaar in wijken met een lagere status.
  • Achterstand bij een opleiding. Ook in het onderwijs hebben allochtonen een achterstand. Ze zijn vaak lager opgeleid en onder de allochtonen zijn er meer schoolverlaters zonder diploma. Dit komt onder andere omdat allochtonen al een taal- en rekenachterstand hebben als ze aan school beginnen.
  • Botsende cultuurverschillen. Vaak botsen de gebruiken tradities van de buitenlandse culturen en de Nederlandse cultuur met elkaar. Dit zorgt voor problemen.  Er komen namelijk steeds duidelijkere cultuurverschillen aan het licht. Allochtonen vinden het moeilijk om zich aan te passen aan de Nederlandse cultuur. 
  • Geldproblematiek. De allochtonen die in Nederland komen wonen, hebben vaak weinig geld. Het probleem is dat allochtonen ook weinig mogelijkheid krijgen om een inkomen op te bouwen. Een voorbeeld hiervan is de AOW, de Algemene Ouderdoms Wet. Als je als allochtoon later in een land komt wonen, krijg je minder AOW. Dit komt omdat de grootte van de uitkering gebaseerd is op de tijd dat je in een land woont. Als je later in een land komt wonen, krijg je ook minder AOW. Dit is overigens alleen in Nederland zo. 

Oplossingen

De Nederlandse overheid hoort de problemen tussen de allochtonen en de autochtonen op te lossen. Hierbij kijken ze vooral naar de twee hoofdzaken:

  • Hoe kunnen ze de samenleving zo vormen, dat allochtonen en autochtonen naast elkaar en met elkaar kunnen leven zonder dat er veel problemen ontstaan. Hoe zorgt de overheid ervoor dat er minder discriminatie is? 
  • Hoe kan de overheid de achterstanden en verschillen tussen de verschillende bevolkingsgroepen bestrijden?

Om deze problemen op te lossen, gebruikt de overheid over het algemeen twee soorten beleid: het vreemdelingenbeleid en het minderhedenbeleid. 

Vreemdelingenbeleid

Het vreemdelingenbeleid heeft vooral effect op Nederland bij de grenzen. Bij het vreemdelingenbeleid staat de vraag centraal onder welke voorwaarden migranten Nederland in mogen. Ook houdt het vreemdelingenbeleid zich bezig met de discussie onder welke voorwaarden de migranten mogen blijven. Ook stelt de overheid zich de vraag of ze een ruimhartig of restrictief vreemdelingenbeleid moeten voeren. Een restrictief vreemdelingenbeleid is een beperkende toelating. Daarbij laat de overheid minder snel vreemdelingen binnen dan bij een ruimhartig vreemdelingenbeleid. 

Minderhedenbeleid

Waar een vreemdelingenbeleid zich meer bezig houdt met wie het land binnen mag en wie niet, houdt het minderheden zich vooral bezig met hoe het er in het land aan toe gaat. De overheid vraagt zich af welke taak ze heeft bij de verbetering van de sociaaleconomische en culturele positie van de migranten met een achterstand. Zo kan de overheid bijvoorbeeld de wijken van migranten opknappen, of stimuleren dat vreemdelingen zichzelf hoger opleiden.

Verdwijnen van de verschillen

Het is niet zo dat allochtonen altijd achterstanden blijven houden wanneer ze naar Nederland komen. Denk bijvoorbeeld aan de kinderen die allochtonen in Nederland krijgen, zij zullen al wat meer opgevoed worden via de Nederlandse cultuur. De cultuurverschillen zijn bij deze generatie echter nog niet verdwenen. Cultuurverschillen verdwijnen over het algemeen pas na de 3e generatie. Dit wordt ook wel de wet van de 3e generatie genoemd.

Conclusie

Migratie zorgt ongetwijfeld voor problemen. Vaak hebben migranten achterstand in onderwijs, werk en opleiding. Ook zijn er vaak botsingen tussen de verschillende culturen van de migranten en de Nederlanders. Geldproblematiek speel tevens een grote rol bij de cultuurverschillen. De overheid zorgt op twee verschillende fronten voor oplossingen: aan de grens en in het land. Aan de grens wordt een vreemdelingenbeleid gevoerd. De overheid bepaald wie er het land binnen mag en wie niet. In het land voert de overheid een minderhedenbeleid. In dit beleid houdt de overheid zich vooral bezig met het verbeteren van de positie van de migranten. De cultuurverschillen verdwijnen pas echt bij de 3e generatie, de zogenaamde wet van de 3e generatie.