Bloed geven doet leven

Bloed geven doet leven

Elke dag zijn er honderden mensen die bloed, plasma of bloedplaatjes nodig hebben. Patiënten na een zware operatie, verkeersslachtoffers of soms zelfs ongeboren baby's krijgen een bloedtransfusie. Door een beetje van je bloed af te staan kan jij ook een mensenleven redden.

Controle

Iedereen tussen 18 en 65 jaar oud kan bloed geven. Voorwaarde is dat je in goede gezondheid verkeert. Een arts onderzoekt trouwens je conditie voor een bloedafname. Hij doet dit oa. met een medische vragenlijst. Het is van uiterst belang voor de veiligheid dat je deze correct invult. Er staan vragen in over je medische geschiedenis, risicogedrag, operaties, recente ziektes, enz. De informatie valt onder het medisch geheim. De eerste controle gebeurt dus door de donor zelf.

Bloedafname

De afname zelf gebeurt met een kleine en pijnloze prik. De afname is ongeveer op een tiental minuten gebeurd. In sommige gevallen kan je wat lichte duizeligheid of vermoeidheid voelen. Maar grote fysieke ongemakken brengt dit niet met zich mee. Er wordt maximum 500 ml bloed afgenomen. Het bloed wordt via de naald naar een bloedzak gebracht. Deze bevat antistollingsmiddel en bewaarmiddel om de kwaliteit te garanderen. Het gebruikte materiaal wordt niet meer herbruikt. Zo is er geen kans op besmetting. Om het verloren vocht te compenseren drink je beter iets na de afname. Je nuttigt voor het bloedgeven ook best een lichte maaltijd. Bloed geven kan je vier keer per jaar, met een tussenpoze van twee maanden.

Verdeling

Na de afname worden alle bloedstalen naar het labo gebracht. Hier worden de bloedcellen geteld en bepaalt men de bloedgroep van de donor. Het bloed wordt ook getest op HIV, hepatitis en syfilis. In positieve gevallen worden de donors persoonlijk op de hoogte gebracht en wordt het bloed vernietigd. Het bloed wordt verdeeld in de verschillende ziekenhuizen. Deze krijgen dit niet gratis. De opbrengst wordt gebruikt om de kosten van de afname te dekken. Momenteel is er geen bloedtekort maar het aantal bloedonors daalt wel elk jaar.

Een patiënt kan alleen een transfusie krijgen van bloed dat overeenstemt met zijn bloedgroep. Bloedgroep O is bv. wel een universele donor en wordt standaard bij speodgevallen gebruikt. Maar meestal zoekt men de juiste bloedgroep, daarom voert men elke keer opnieuw een controletest uit om fouten te voorkomen.

Weetjes

  • De verdeling van de verschillende bloedgroepen is als volgt:
  • O: 44 %
  • A: 45 %
  • AB: 3 %
  • B: 8 %
  • Bloedplaatjes kunnen 5 dagen bewaard worden, rode bloedcellen 35 dagen en plasma kan tot 2 jaar of langer bewaard worden.
  • Voor de afname van plasma of bloedplaatjes moet je naar een transfusiecentra omdat er speciale apparatuur nodig is. Plasma dient vooral om bv. brandwondencentra te bevoorraden. Bloedplaatjes zijn meestal voor leukemiepatiënten.
  • Bloed geven mag tot 4 keer per jaar. Plasma mag om de twee weken en bloedplaatjes mag 24 keer per jaar.

Conclusie

Met een half uurtje boedgeven om de drie maanden kan ook jij levens redden. Bovendien belonen organisaties zoals het rode kruis je soms met gratis filmtickets of andere gadgets. In vele overheidsinstellingen krijg je bovendien een dagje extra verlof per bloedafname. Schrijf je dus vandaag nog in!