Bloedmanagement

Operatie

Als we ziek worden gaan we naar de dokter. Meestal krijgen we een medicijn, fysiotherapie of een andere behandelmethode en als het goed is zijn we na verloop van tijd van onze klachten af. In sommige gevallen is het nodig om naar een specialist te gaan. De naam zegt het al: een specialist is gespecialiseerd. Dat kan zijn op het gebied van interne ziektes zoals diabetes of maagaandoeningen. Een cardioloog weet veel over ons hart en een dermatoloog kan ons helpen met problemen van de huid. Zo zijn er tal van specialisten die op hun specifieke vakgebied werkzaam zijn. Het kan voorkomen dat een specialist het nodig vindt om een operatie uit te voeren. Voor de patiënt is dit minder leuk maar een andere oplossing is dan niet mogelijk. Gelukkig zijn de artsen in ons land goed opgeleid. Er gaan per dag talloze mensen ‘ onder het mes’ en in de meeste gevallen is de ingreep succesvol.

Risico's en bloedonderzoek

Als iemand een operatie moet ondergaan wordt er van tevoren goed onderzocht of er factoren zijn die een risico kunnen vormen. Er wordt een heel scala aan onderzoeken uitgevoerd om zoveel mogelijk te weten te komen over de conditie van de patiënt. De bloeddruk wordt gemeten, er worden longfoto’s en een hartfilmpje gemaakt, bloed en urine worden onderzocht en de patiënt moet een lijst invullen over medicijngebruik, ziekteverleden en alle zaken die de behandelende arts belangrijk vindt om te weten. Bij het bloedonderzoek wordt onder andere bepaald of het ijzergehalte hoog genoeg is. Als dit niet het geval is heeft de patiënt wat wij noemen “bloedarmoede “. Dan kan de behandelende arts voorstellen om deel te nemen aan het bloedmanagement.

Bloedmanagement, hoe gaat dat in zijn werk?

Kort gezegd staat men dan twee weken voor de ingreep bloed af. Dat wordt bewaard en na de operatie krijgt men zijn eigen bloed terug. In de tussentijd krijgt men een aantal keren injecties met EPO. Dat is een middel waardoor het lichaam sneller herstelt na een operatie en waardoor men sneller weer op de been is. Deze injecties mogen alleen worden toegediend door een verpleegkundige of iemand van de thuiszorg. De meeste mensen kennen EPO van bijvoorbeeld de wielrenners die positief worden bevonden door wat in die kringen 'bloeddoping' heet. Voor hen is het uiteraard een verboden middel, maar toegepast in de medische wereld is het iets waar veel mensen baat bij hebben. Wordt er besloten dat de patiënt dit traject gaat doorlopen, dan wordt er een dag gepland voor de afname. De voorbereidingen zijn ongeveer gelijk aan die voor een ingreep. De patiënt moet operatiekleding aan en een netje om het haar. Vervolgens wordt hij of zij naar de operatieafdeling gebracht en wordt er een infuusnaald geprikt. Dan komt er een verpleegkundige die uit de elleboogplooi het bloed gaat afnemen. Het bloed wordt door een machine gescheiden en het plasma wordt via een andere lijn teruggevoerd naar het lichaam. Er worden twee zakjes bloed afgenomen. Dit zal enige tijd in beslag nemen. Is er voldoende bloed afgenomen dan mag de patiënt terug naar de afdeling. Daar moet hij of zij nog enkele uren blijven. Regelmatig worden hartslag en bloeddruk gecontroleerd. Ook moet de patiënt iets eten en drinken. Pas als alles in orde is mag men naar huis. Als men geopereerd is en op de verkoever ligt, zal een verpleegkundige de zakjes bloed brengen en die via het infuus weer teruggeven. Op deze manier hoeft men ook niet bang te zijn om besmet bloed te ontvangen. Het traject van bloedmanagement is kostbaar en tijdrovend maar het is een prima middel om na een operatie weer snel de oude te worden.