Signalen van motorische ontwikkelingsproblematiek

Ontwikkeling

"Kan jouw kind nog niet omrollen? Mijn kind doet dat al weken!". Een herkenbare conversatie tussen twee nieuwbakken moeders. Onder veel ouders (en dan met name moeders) heerst er een soort competitiestrijd over de ontwikkeling van hun kinderen. Hoe sneller, hoe beter, lijken veel ouders te denken. Toch is het algemeen bekend dat de ontwikkeling van kinderen onderling nogal verschilt. Zo kunnen sommige kindjes al lopen met 10 maanden en beginnen andere kindjes pas te lopen met 18 maanden. Deze twee uitersten vallen beiden nog binnen de gemiddelden.

Maar wanneer moet je je nu echt zorgen maken? Wanneer loopt je kind een achterstand in zijn                          motorische ontwikkeling op?

Achterstand of stoornis

Als je kind slechts weinig afwijkt van het gemiddelde, spreken we van een ontwikkelingsachterstand. Als je kind heel erg afwijkt van het gemiddelde, heel erg achterloopt en anders is dan zijn leeftijdsgenootjes dan spreken we van een ontwikkelingsstoornis.

Leeftijdsgrenzen motorische ontwikkeling

Hieronder volgt een schema met daarbij de leeftijdsgrenzen. Het schema is onderverdeeld in 5 overzichten met de erbij horende kenmerken/vaardigheden, waarbij wordt aangegeven op welke leeftijd het gedrag niet meer mag voorkomen. Of als bepaald gedrag nog wel voorkomt, dit als afwijkend beschouwd kan worden.

gebrekkige houdingscontrole

Kind houdt bij het zitten het hoofd niet stabiel rechtop.

Uiterste leeftijd: 5 maanden

Kind kan in buikligging het hoofd niet 90° oprichten en om zich heen kijken.

Uiterste leeftijd: 6 maanden

Kind kan een voorwerp niet loslaten en/of niet overpakken van de ene naar de andere hand.

Uiterste leeftijd: 8 maanden

Kind heeft een wisselende spierspanning.

Uiterste leeftijd: 12 maanden

Kind heeft een slappe spierspanning waardoor het kind als het neergezet wordt als een zoutzak blijft zitten.

Uiterste leeftijd: 15 maanden

Kind heeft een dermate hoge spierspanning dat er constant bewegingen plaatsvinden waardoor het kind niet tot rust kan komen en zich slecht kan ontspannen.

Uiterste leeftijd: 15 maanden

Kind heeft problemen met de fijne motoriek, zoals priegelwerkjes of spelen met kleine legoblokjes.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind loopt nog steeds op zijn tenen.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind valt om bij evenwichtsoefeningen zoals op 1 been staan of over een streep lopen.

Uiterste leeftijd: 5 jaar

Kind kan niet stoppen op commando bij hardlopen.

Uiterste leeftijd: 5 jaar

gebrekkige coördinatie

Kind maakt heftige ongecontroleerde bewegingen, vooral met de armen.

Uiterste leeftijd: 4 maanden

Kind pakt niet of grijpt mis.

Uiterste leeftijd: 8 maanden

Kind kan nog niet los lopen.

Uiterste leeftijd: 20 maanden

Kind valt veel.

Uiterste leeftijd: 2 jaar

Kind kan niet tegen een grote bal schoppen zonder om te vallen.

Uiterste leeftijd: 2,5 jaar

Kind kan niet vloeiend of soepel hardlopen.

Uiterste leeftijd: 3 jaar

Kind is niet in staat om een grote bal te vangen.

Uiterste leeftijd: 3,5 jaar

Kind is niet in staat om alternerend (links/rechts afwisselend) trap te lopen.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind kan mes en vork niet goed gebruiken; knoeit erg met eten.

Uiterste leeftijd: 4,5 jaar

Kind heeft moeite met knopen dichtmaken en veters strikken.

Uiterste leeftijd: 5 jaar

geen of gebrekkige ruimtelijke coördinatie

Kind botst vaak tegen voorwerpen en deuren op.

Uiterste leeftijd: 2,5 jaar

Kind is niet in staat om tijdens hardlopen van richting te veranderen.

Uiterste leeftijd: 3,5 jaar

Kind begrijpt niet het verschil tussen links en rechts.

Uiterste leeftijd: 4,5 jaar

Kind heeft een slecht begrip van lengte, breedte, hoogte en afstand.

Uiterste leeftijd: 5 jaar

Kind heeft geen of slecht tijdsbesef.

Uiterste leeftijd: 5,5 jaar

Kind is niet in staat om de weg naar huis te vinden, verdwaalt makkelijk.

Uiterste leeftijd: 6 jaar

tekort aan bewegingspatronen

Kind doet niet mee aan bewegingsspel in een groep.

Uiterste leeftijd: 3 jaar

Kind is bang voor grof-motorische spelletjes met bal of op het klimrek.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind is constant bezig, maar maakt niets af; vliegt van het één naar het ander.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind is niet in staat om te hurken, kan niet hinkelen.

Uiterste leeftijd: 5,5 jaar

Kind heeft moeite met touwtje springen, fietsen, rolschaatsen.

Uiterste leeftijd: 6 jaar

Kind onttrekt zich aan de gymles door achteraan te hobbelen.

Uiterste leeftijd: 6 jaar

slecht besef van eigen lichamelijke mogelijkheden

Kind kent zijn eigen lichaamsdelen niet.

Uiterste leeftijd: 3 jaar

Kind heeft veel ongelukjes, morst en knoeit veel.

Uiterste leeftijd: 3 jaar

Kind is niet in staat om bewegingen nadoen of imiteren.

Uiterste leeftijd: 3,5 jaar

Kind is niet in staat om het verschil tussen links en rechts bij zichzelf te herkennen.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind kan niet aangeven hoe groot hij is en stoot ook vaak het hoofd.

Uiterste leeftijd: 4 jaar

Kind overschat eigen lichamelijke mogelijkheden, waardoor hij ongelukjes oploopt bij activiteiten zoals over muurtje lopen, boompje klimmen.

Uiterste leeftijd: 5 jaar

Kind is niet in staat om poppetjes (mensfiguren) te tekenen met herkenbare onderdelen (lichaamsdelen).

Uiterste leeftijd: 6 jaar

Signalen

Bovenstaande signalen zijn een teken dat de ontwikkeling van een kind verstoord of niet volgens leeftijdsniveau verloopt. De ontwikkeling van je kind wordt nauwlettend in de gaten gehouden door het consultatiebureau. Zodra zij het vermoeden hebben dat je kind een achterstand of stoornis in de ontwikkeling oploopt, zullen zij je doorverwijzen voor adequate hulp en begeleiding. Als je het idee hebt dat je kind achterloopt in zijn ontwikkeling is het daarom altijd verstandig om dit te bespreken met je consultatiebureau arts.

Bovenstaande is niet bedoeld als een diagnostisch model maar meer als een checklist om globaal de ontwikkeling van een kind te toetsen en kenmerken van eventuele ontwikkelingsproblemen vroegtijdig te signaleren.