Hoe wordt de baarmoeder verwijderd

Baarmoeder adieu

Het verwijderen van de baarmoeder is helaas soms noodzakelijk. Deze operatie kan op verschillende manieren gebeuren. Naast het fysische aspect kan een baarmoederverwijdering ook psychische gevolgen hebben voor de vrouw in kwestie. Ook de seksualiteit kan nadien anders worden beleefd.

Baarmoeder operatie en verdoving

Een hysterectomie wordt onder algemene verdoving uitgevoerd. Het verdovende middel wordt via een infuus toegediend. De anesthesist zal een masker over je mond en neus zetten waarlangs je zuurstof krijgt. Terwijl je slaapt, brengt men een buisje in je luchtpijp om je te beademen. De operatie duurt één tot twee uur.

De operatie zelf

1. Abdominale hysterectomie (laparotomie)

Bij een abdominale hysterectomie wordt de baarmoeder verwijderd langs een insnede in de buikwand. De organen zijn in dit geval beter zichtbaar dan bij een vaginale hysterectomie. Wanneer de baarmoeder erg vergroot is of als er andere problemen in de buikholte zijn, kan men een abdominale hysterectomie verkiezen. De insnede kan op twee manieren gebeuren.

a) Meestal maakt de gynaecoloog een horizontale snede net onder de haargrens. Die zogenaamde 'bikinisnede' is 10 tot 15 cm lang en verdwijnt achteraf onder het slipje.

b) Soms wordt de snede verticaal gemaakt van de navel tot aan de haargrens. Die manier van insnijden wordt toegepast als er al een litteken is van een vroegere ingreep of als de mogelijkheid bestaat dat er tegelijkertijd een operatie in de bovenbuik uitgevoerd moet worden. Dit is vaak het geval bij kwaadaardige gezwellen.

Een operatie via de buikwand is meestal relatief eenvoudig en als de baarmoederhals wordt gespaard, blijft de vagina onaangetast.

2. Vaginale hysterectomie

Bij een vaginale hysterectomie wordt de baarmoeder verwijderd langs de vagina. Achteraf heb je alleen een klein litteken in de top van de vagina. Deze operatietechniek is zeer geschikt bij een verzakte baarmoeder. De baarmoeder mag voor deze aanpak niet al te zeer vergroot zijn. Hoewel men soms bij grote fibromen toch nog de baarmoeder in delen vaginaal kan verwijderen. Bij deze operatie is behoud van de baarmoedermond niet mogelijk.

3. Kijkbuisoperatie

Als de baarmoeder niet te groot is, maar te weinig verzakt is om via de vagina verwijderd te kunnen worden, is soms een laparoscopische baarmoederverwijdering mogelijk. De gynaecoloog maakt twee tot drie kleine insneden van ongeveer één cm in de buikwand. Langs één van die sneetjes wordt de laparoscoop in je buik gebracht. Een laparoscoop is een lange dunne buis waar men met een kleine camera doorheen kijkt. Via de andere insneden brengt de gynaecoloog instrumenten in waarmee geopereerd wordt. De gynaecoloog kan de operatie via de laparoscoop op een beeldscherm volgen. Als de baarmoeder losgemaakt is van de omliggende structuren, kan ze verwijderd worden via de schede. Net onder de navel, in de liesstreek en in de top van de schede blijven dan kleine littekentjes. Zoals bij vaginale ingreep is een vlotter herstel één van de grote voordelen van deze techniek. Soms, maar niet altijd, is het mogelijk de baarmoederhals te behouden.

Moet de baarmoederhals ook worden weggenomen?

  • Zijn er aan de baarmoederhals geen afwijkingen dan is het niet noodzakelijk deze te verwijderen bij een operatie via de buikwand. Bij een operatie via de vagina moet de gynaecoloog om technische redenen wel de baarmoederhals wegnemen.

  • Als de baarmoederhals aanwezig blijft, ontstaat er geen litteken in de vagina en is er geen kans dat deze van vorm verandert. Alhoewel niet wetenschappelijk bewezen, hebben sommige vrouwen het idee dat de beleving van seksualiteit minder verandert als de baarmoederhals aanwezig blijft.

  • Als de baarmoederhals niet is weggenomen, blijft een uitstrijkje op geregelde tijdstippen nodig.

Moeten de eierstokken worden verwijderd?

  • Gynaecologen zijn het erover eens dat er bij vrouwen voor de overgang geen reden is om als routine tijdens de operatie ook de eierstokken te verwijderen tenzij die natuurlijk afwijkingen vertonen. Het wegnemen van de eierstokken betekent immers dat u direct na de operatie in de overgang(menopauze)komt.

  • Over wat verstandig is na de overgang, verschillen de meningen. De meeste gynaecologen adviseren de eierstokken te laten zitten omdat ze nog kleine hoeveelheden hormonen maken die onder andere bijdragen aan het zin hebben in vrijen. Andere gynaecologen stellen voor om de eierstokken te verwijderen om zo de kans op kanker ervan te verminderen. Bespreek dit voor de operatie met de gynaecoloog.

  • Een enkele keer bestaan er afwijkingen aan één of beide eierstokken die pas tijdens de operatie zichtbaar zijn. Bij één afwijkende eierstok neemt de gynaecoloog alleen deze eierstok weg: dit heeft geen gevolgen. De overgebleven eierstok maakt voldoende hormonen om niet voortijdig in de overgang te komen. Bij afwijkingen aan beide eierstokken probeert de gynaecoloog ten minste een deel van één eierstok te behouden om zo een voortijdige overgang te voorkomen.

Na de operatie

  • Na een algemene verdoving heb je soms even last van keelpijn door het buisje dat tijdens de operatie in de luchtpijp werd geplaatst.

  • Het infuus blijft enkele dagen aanwezig tot deze klachten verdwenen zijn en je voldoende kunt drinken.

  • De blaassonde kan onaangenaam zijn maar wordt na een dag of twee verwijderd.

  • Vanaf de tweede dag zal men je aanzetten om in beweging te komen. Zo probeert men de vorming van bloedklonters te voorkomen.

  • Soms wordt via een klein slangetje wondvocht afgevoerd. Deze drain verwijdert men al na enkele dagen.

  • Een zeldzame keer brengt men op het einde van de operatie een stevig gaasverband in de schede om steun te geven aan de bekkenbodem. Ook die tampon wordt spoedig weggehaald.

  • Door de verdoving hebben uw darmen stilgelegen. Na de operatie komen ze langzaam weer op gang. In het begin kan dit aanleiding geven tot een onaangenaam opgezwollen gevoel. Meestal zal je je beter gaan voelen vanaf de tweede dag na de ingreep. Via vloeibaar en licht verteerbaar voedsel gaat u de volgende dagen weer normaal eten.

  • Het is normaal dat je onmiddellijk na de ingreep buikpijn hebt, ook als de baarmoeder via de vagina of laparoscopisch verwijderd is. Pijnstillers zijn dan noodzakelijk.

  • De hechtingsdraadjes die niet vanzelf vergaan, zullen na een week verwijderd worden. De eerste week kan je de littekens best afdekken. Het is normaal dat je na een hysterectomie nog een tweetal weken wat bloedverlies hebt. In die periode gebruik je beter geen tampons. Om het litteken in de top van de vagina goed te laten genezen, moet je vier tot zes weken wachten met vrijen.

  • Rond het litteken van een bikinisnede kan je huid vreemd aanvoelen. Na zes tot twaalf maanden gaan die gewaarwordingen vanzelf voorbij. Na iedere operatie wordt een afspraak gemaakt voor een controleonderzoek.

  • De duur van het ziekenhuisverblijf is afhankelijk van het type operatie en je gezondheidstoestand. Als je een abdominale hysterectomie ondergaat, moet je langer in het ziekenhuis blijven dan bij een vaginale hysterectomie. Meestal blijf je een week in het ziekenhuis. Bij een vaginale hysterectomie of bij een LAVH mag je al vroeger naar huis.

Thuis

  • Probeer thuis zoveel mogelijk te rusten want je zal minder aankunnen dan je denkt. De eerste tijd thuis hebt u zeker enige hulp nodig.

  • De herstelperiode verschilt van persoon tot persoon. Gemiddeld ben je na een goede maand volledig hersteld. Over het algemeen gaat dat vlotter bij een vaginale ingreep en bij een LAVH.

  • Werkt u buitenshuis houd dan rekening met een afwezigheid van ten minste zes weken.

  • De eerste weken moet je vermijden om zware dingen te tillen.

  • De eerste weken hebt u vaak wat bloederige of bruinige afscheiding. Is dit duidelijk meer dan bij een normale menstruatie, neem dan contact op met uw arts.

  • Douchen mag gerust, ook met een buiklitteken. Bespreek met uw gynaecoloog of u een bad kunt nemen.

  • Het is voor de genezing beter als er dan niets in de schede komt. U krijgt dan meestal het advies om de eerste zes weken na de operatie niet te vrijen.

Gevolgen op lange termijn

  1. Zwangerschap: zonder baarmoeder kan je niet meer zwanger worden en heb je geen maandstonden meer.

  2. Overgangsklachten: als tijdens de operatie je eileiders en eierstokken verwijderd werden en je was tevoren nog niet in de menopauze dan moet je lichaam wennen aan de nieuwe hormoonhuishouding. Er kunnen symptomen van menopauze optreden zoals opvliegers, droogte van de schede, prikkelbaarheid en depressieve gevoelens. De gynaecoloog kan indien nodig medicatie voorschrijven.

  3. Werden je eierstokken gespaard dan zullen zij ook na een hysterectomie blijven functioneren. Rond je vijftigste zal je in menopauze gaan maar je zal dit enkel herkennen aan de warmteopwellingen.

  4. Plasproblemen: na een baarmoederverwijdering ziet men soms plasproblemen, zoals moeite hebben met het ophouden van urine. Deze problemen kunnen ontstaan doordat de gynaecoloog de blaas tijdens de operatie losmaakt van de baarmoeder. Meestal gaan deze klachten vanzelf over. Hebt u vóór de operatie al problemen met het ophouden van de urine, bespreek dit dan voor de ingreep met uw gynaecoloog.

  5. Seksualiteit: of en op welke wijze de beleving van de seksualiteit na een baarmoederverwijdering verandert, verschilt van vrouw tot vrouw. Bij bijna iedereen verandert er wel iets. Er kunnen positieve effecten zijn: vermindering van pijn bij het vrijen of niet meer veelvuldig vloeien. Weten dat je niet meer zwanger kunt worden, kan sommige vrouwen meer laten genieten van seks. Soms zijn er ook veranderingen in negatieve zin zoals minder zin hebben in vrijen, verminderde gevoeligheid van (de omgeving van) de vagina en/of veranderingen in het orgasme. Bij sommige vrouwen verandert het orgasme niet, andere vrouwen merken een duidelijke verandering: het duurt langer voor het zover is, het orgasme is korter en minder intens of het komt helemaal niet. Er zijn ook vrouwen die de samentrekkingen van de baarmoeder missen. Het stoten van de penis tegen de baarmoedermond, dat sommige vrouwen opwindend vinden, missen zij als ook de baarmoederhals verwijderd is. Vrouwen die voorheen al problemen hadden met seksualiteit kunnen er na de operatie nog meer moeite mee hebben.

  6. Emotionele reacties: na het verwijderen van een orgaan is het mogelijk dat je een gevoel van verlies hebt. Het emotioneel verwerken vraagt wat tijd. Sommige vrouwen voelen zich na een hysterectomie minder vrouw en worden depressief. Dit gebeurt vaker als de reden van de operatie kanker was of als je van plan was om nog kinderen te krijgen. Praat over je emoties met je partner, vrienden of familie en bespreek problemen zo snel mogelijk met je gynaecoloog. Hij of zij kan je uitleggen waarom een hysterectomie noodzakelijk was. Maar het omgekeerde is ook mogelijk. De meeste vrouwen voelen zich na een hysterectomie veel beter en opgewekter. Van deze operatie word je ook niet dikker.

Nog enkele veel gestelde vragen

  • Moet ik na de operatie nog uitstrijkjes laten maken? Als de baarmoeder verwijderd is, hoeft u geen uitstrijkjes meer te laten maken, tenzij uw gynaecoloog u dat adviseert omdat er (in het verleden) afwijkende cellen in de baarmoederhals zijn gevonden. Als de baarmoederhals is blijven zitten, blijft u deelnemen aan het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker.

  • Waar blijven de eitjes? Net als voor de operatie komen de eicellen na de eisprong in de buikholte terecht. Ze lossen daar op. U merkt daar niets van en dit heeft geen nadelige gevolgen.

  • Waar blijft het zaad? Het zaad komt via de schede weer naar buiten, net als voor de operatie.

  • Wordt de vagina minder diep? De schede blijft dezelfde lengte houden als voor de operatie.

  • Hoe zit de vagina nu vast na de operatie? De vagina hangt niet los na de operatie. De zijkanten van de schede zitten vast aan de bekkenwand. Bovendien worden de ophangbanden van de baarmoeder verstevigd aan de top van de vagina vastgemaakt.

  • Kan de wond openspringen als ik weer veel ga doen? De wond is gesloten met stevige hechtingen die in zo’n drie maanden oplossen. Tegen die tijd zijn de weefsels weer volledig vastgegroeid. Door onverwachte bewegingen of door veel inspanning kan de wond niet ineens openbarsten. Wel kan door een vroegtijdige grote belasting een littekenbreuk ontstaan.

  • Wat gebeurt er met de lege ruimte in mijn buik? De ruimte die ontstaat door het verwijderen van de baarmoeder, wordt direct opgevuld door de darmen. U loopt dus niet met een gat in uw buik.