Risicofactoren voor de ontwikkeling van borstkanker

Borstkanker in Nederland

Het aantal patiënten met borstkanker ligt in westerse landen veel hoger dan in andere landen. Een op de negen Nederlandse vrouwen krijgt met borstkanker te maken. De ontwikkeling van borstkanker heeft onder andere te maken met de levensstijl. Maar welke factoren verhogen dan precies het risico op borstkanker?

Risicofactoren van borstkanker

Er zijn meerdere factoren die het risico op borstkanker kunnen verhogen. Sommige factoren kun je beïnvloeden maar sommige factoren helaas ook niet. De volgende factoren kunnen invloed hebben op het risico op borstkanker:

Borstkanker kan erfelijk zijn. Er is een bepaald gen geïdentificeerd dat invloed heeft op de ontwikkeling van borstkanker. Als borstkanker in een familie erg veel voorkomt, is het waarschijnlijk dat de vrouwen in deze familie dit gen hebben. De aanwezigheid van dit gen is een groot risicofactor voor de ontwikkeling van borstkanker. Helaas kun je hier zelf weinig aan doen. Je kunt wel je borsten wat vaker laten controleren om een eventuele tumor in een zeer vroeg stadium te ontdekken.
Leeftijd is ook een risicofactor dat invloed heeft op de ontwikkeling van borstkanker. Vrouwen onder de veertig worden zelden door borstkanker getroffen. Boven de veertig neemt het aantal patiënten met borstkanker toe. 75% van de vrouwen met borstkanker zijn al ouder dan 50 jaar. In Nederland worden vrouwen vanaf een bepaalde leeftijd opgeroepen om hun borsten te laten onderzoeken. In het geval van een ontwikkelende tumor ben je er dan vaak op tijd bij.
Regelmatige consumptie van alcohol kan het risico op borstkanker ook doen toenemen. Als vrouwen een drankje per dag nuttigen, is het risico al licht verhoogd. Bij twee tot vijf drankjes per dag is het risico op borstkanker anderhalf keer zo groot als bij vrouwen die geen alcohol drinken. Alcohol heeft waarschijnlijk dit effect doordat alcohol het oestrogeengehalte hoog houdt.
Roken kan het risico op borstkanker ook verhogen. Vooral als er op jonge leeftijd is begonnen met roken, is dit risico aanwezig.
Gewichtstoename is ook een belangrijke risicofactor voor de ontwikkeling van borstkanker. Vetcellen produceren oestrogenen. Bij gewichtstoename zwellen de vetcellen op en neemt ook de oestrogeenproductie toe. Hierdoor is het risico op de ontwikkeling van borstkanker groter.
Het gebruik van de anticonceptiepil kan een tijdelijk, licht verhoogd risico geven op de ontwikkeling van borstkanker. De pil bevat natuurlijk veel hormonen. Deze hormonen kunnen het risico op de ontwikkeling van borstkanker verhogen. De pil wordt echter voornamelijk door jonge vrouwen geslikt. Tien jaar nadat er gestopt is met het slikken van de anticonceptiepil is het risico niet meer verhoogd.
Het niet geven van borstvoeding kan het risico op borstkanker ook licht verhogen. Als er gedurende zes maanden borstvoeding wordt gegeven, is het risico al met 5% verlaagd. Het langer geven van borstvoeding verlaagt dit risico nog verder.
De leeftijd bij de eerste zwangerschap heeft ook een invloed op het risico op borstkanker. Als een vrouw geen kinderen krijgt of pas na haar dertigste kinderen krijgt, is er een licht verhoogd risico op borstkanker.

Tot slot

De risicofactoren op borstkanker zijn lang niet allemaal te beïnvloeden. Regelmatige controle van de borsten is dus belangrijk om eventuele problemen in een vroeg stadium te ontdekken. Hiernaast kunnen gezonde voeding en voldoende beweging het risico op alle soorten kanker verlagen. Je kunt dus wel iets doen om het risico op borstkanker zoveel mogelijk te beperken.