Bevallen met behulp van een vacuümpomp
De natuur een handje helpen
Wanneer een vrouw na negen maanden zwangerschap aan de bevalling begint heeft zij geen idee hoe deze zal eindigen. Een bevalling zonder complicaties is de wens van elke vrouw. Helaas verloopt niet elke bevalling voorspoedig. Gelukkig is de medische wetenschap zo ver gevorderd dat er voor de meeste problemen wel een oplossing is. Zoals in het geval dat op het laatste moment de natuur een handje moet worden geholpen. In dit artikel kunt u lezen hoe een bevalling verloopt waarbij een vacuümpomp wordt ingezet.
De uitdrijving
Het begin van de bevalling verloopt meestal normaal. De moeder heeft ontsluitingsweeën waardoor de baarmoedermond wordt opgerekt. Deze fase duurt vrij lang. De weeën volgen elkaar in steeds sneller tempo op. Als de baarmoedermond voldoende open staat (ongeveer 10 centimeter) mag de moeder beginnen met persen. Dit heet de uitdrijvingsfase. Deze fase duurt, in vergelijking met de ontsluitingweeën niet lang, de baby kan binnen enkele minuten geboren worden, maar soms duurt het langer dan een uur. Soms komt het voor dat de persweeën niet sterk genoeg zijn om de baby uit te drijven. Ook gebeurt het wel eens dat de doorgang te nauw is en dat het kind niet genoeg ruimte heeft. Als de baby een vrij groot hoofd heeft kan het ook (te) veel moeite kosten om het laatste stukje van de bevalling normaal te laten verlopen.
De vacuümpomp
Wanneer de uitdrijvingsfase te lang duurt zal de arts of verloskundige besluiten om de helpende hand te bieden en een kunstgreep toe te passen. De vrouw krijgt eerst een verdoving waarna de er een soort cupje op het achterhoofd van de baby geplaatst wordt. Dit cupje lijkt wat op een ouderwetse douchekop. Aan dit cupje zit een slang met een pomp. Hiermee kan de lucht uit de slang gezogen worden waardoor het cupje vacuüm gezogen wordt op het hoofdje van de baby. De arts of verloskundige kan er nu, tijdens een perswee aan trekken zodat de baby vlot geboren wordt. Vooral als de moeder al heel veel moeite gedaan heeft en zij niet op eigen kracht de baby ter wereld kan brengen, is dit een probaat middel.
Gevolgen voor moeder en baby
Geheel zonder gevolgen is deze methode niet. Doordat de beenderen van de schedel nog erg zacht zijn, zijn deze onder druk van de vacuümpomp vervormd tot een flinke bult. De baby heeft als gevolg hiervan een hersenschudding opgelopen. Het kan daardoor misselijk zijn, waardoor het niet direct wil drinken. De eerste dag mag de baby niet uit zijn bedje gehaald worden. Naast de misselijkheid kan de baby ook last hebben van hoofdpijn, wat logisch is na zo'n heftige ingreep. Na 24 uur is de bult weg en kan er nog een blauwe plek aanwezig zijn. Na een week is ook deze verdwenen. Het kind houdt geen blijvende schade over aan de vacuümverlossing. Ook de moeder houdt geen blijvende lichamelijke schade over aan de verlossing. De meeste vrouwen ervaren een vacuümverlossing niet als traumatisch, maar als een opluchting. Ongeveer 25% van de bevallingen eindigt in een vacuümverlossing.