Strattera, nieuw medicijn voor ADHD
Inleiding
Vrijwel iedereen kent Ritalin, de merknaam van het medicijn met de werkzame stof methylfenidaat, dat gegeven wordt aan kinderen met ADHD. Omdat dit een amfetamine-achtige stof is, met de daarbij behorende bijwerkingen en problemen, wordt er naarstig gezocht naar andere medicamenten in de strijd tegen ADHD. Ondanks het feit dat ADHD geen ziekte is, de diagnose ADHD alleen maar gesteld wordt op basis van gedragsobservatie en uitsluiting van andere aandoening, men het er niet over eens is of er misschien niet vaak gemisdiagnosticeerd wordt en er wellicht vele kinderen daardoor onnodig behandeld worden en er vele alternatieve behandelingsmethoden voor ADHD zijn, blijft ADHD big business voor de medicijnfabrikanten.
Medicijnen tegen ADHD
Er zijn 5 verschillende typegroepen medicijnen die gebruikt zouden kunnen worden om ADHD te behandelen. Twee hiervan, namelijk de stimulerende middelen, zoals bijv. Ritalin, en de niet-stimulerende middelen, zoals bijv. Strattera, zijn de meest beproefde en gebruikte. Van de andere 3, waaronder de antidepressiva, medicijnen tegen hoge bloeddruk en medicijnen om stemmingswisselingen te stabiliseren vallen, is bekend dat ze werkzaam zouden kunnen zijn bij ADHD, maar is dit òf nog niet goed onderzocht en bewezen òf ze zijn voor dit behandelingsdoel niet toegelaten.
Strattera
Een van de nieuwere grote spelers op de markt is het medicijn Strattera , met de werkzame stof atomoxetine. Het was eerste niet-stimulerende medicijn dat in Amerika door de FDA (Food en Drugs Administration) in 2002 werd toegelaten voor de behandeling van ADHD bij kinderen en volwassenen. Uit onderzoek bij meer dan 1000 kinderen en volwassenen bleek dat bij ongeveer 60% van de kinderen een 30% verbetering van de klinische symptomen optrad.
Atomoxetine werkt door het verhogen van het niveau van een neurotransmitter, norepinephrine, in de hersenen. Hierdoor worden bepaalde delen van de hersenen, die een functie hebben bij het geheugen en het vasthouden van aandacht en concentratie, gestimuleerd.
Bijwerkingen
Ook Strattera heeft bijwerkingen. Een aantal hiervan komen verdacht veel overeen met die van Ritalin e.d. Bijwerkingen die regelmatig gezien worden zijn misselijkheid, braken, buikpijn, duizeligheid, hoofdpijn, stemmingswisselingen, vermoeidheid en verminderde eetlust. Ook zou Strattera leverproblemen kunnen veroorzaken.
Veel ernstiger zijn de berichten die in 2005 de kop opstaken, namelijk dat Strattera een verhoogd risico zou kunnen geven op zelfmoordgedachten bij kinderen en jongvolwassenen. Het middel mag dan ook alleen maar onder supervisie van een medisch specialist voorgeschreven worden en een zorgvuldige begeleiding lijkt noodzakelijk.
Voordelen en beperkingen
Een voordeel van Strattera is dat het niet onder de stimulantia valt, dus ook niet onder de Opiumwet en er geen risico is op medicijnverslaving of –misbruik. Hierdoor hoeft er bij stoppen met Strattera ook niet afgebouwd te worden Een ander voordeel is het feit dat het maar 1 keer per dag ingenomen hoeft te worden omdat het een langere werkzaamheid heeft dan Ritalin. Dit voordeel valt echter weg wanneer men gebruik maakt van methylfenidaat middelen met een verlengde werking zoals Medikinet.
Omdat er geen wetenschappelijke bewijs geleverd kan worden dat Strattera beter zou werken dan middelen met methylfenidaat (Ritalin, Concerta, Equasym XL, Medikinet) wordt dit medicijn niet of maar beperkt vergoed. Vergeleken met middelen met methylfenidaat is het stukken duurder, bestaat er met Strattera door de relatief recente goedkeuring voor het gebruik bij ADHD logischerwijs veel minder ervaring en er is veel minder onderzoek bekend, waardoor er veel minder gegevens zijn over de werkzaamheid en de veiligheid. Men heeft vooralsnog niet kunnen bewijzen dat het beter werkt dan de methylfenidaat middelen en daarom blijven deze medicijnen eerste keus en wordt Strattera alleen geadviseerd bij kinderen die niet goed reageren op methylfenidaat middelen.
Nieuw, nieuwer, nieuwst
Op dit moment wordt er onderzoek gedaan naar de mogelijke positieve effecten van het medicijn modafinil (Provigil, Modiodal) bij ADHD. Op dit moment wordt modafinil alleen nog maar gebruikt bij patiënten met narcolepsie, mensen met onweerstaanbare slaapaanvallen. Hoe het middel precies werkt is nog niet duidelijk. Het is duurder dan methylfenidaat en mag alleen voorgeschreven worden door neurologen. Recente studies hebben effectiviteit bij ADHD aangetoond, maar die is vermoedelijk minder dan bij methylfenidaat. Het voordeel is wel dat ook bij dit middel geen risico op verslaving bestaat en dat het goed verdragen zou worden door kinderen. Ook dit medicijn heeft echter een lange lijst met bijwerkingen, en totdat er voldoende, goed onderbouwd onderzoek naar de werkzaamheid bij ADHD bestaat is het geen eerste keus medicijn.
Conclusie
Voor alle medicijnen die ingezet worden bij de behandeling van ADHD gelden in het algemeen ernstige, niet te onderschatten bijwerkingen. Vooral bij kinderen en jongvolwassenen moet men waken voor bijwerkingen als psychose, waanideeën, hallucinaties, suïcidale ideevorming en agressie.
Het is natuurlijk in het belang van de medicijnfabrikanten om het door hen geïnvesteerde geld in de ontwikkeling van en onderzoek naar de door hen op de markt gebrachte middelen terug te verdienen door middel van de verkoop van deze medicijnen. Daarom worden er websites gesponsord, uitstapjes en lezingen voor behandelend artsen georganiseerd en reclame gemaakt voor hun product. Hier is op zich niets tegen zolang onafhankelijke informatie over de betreffende medicijnen en de risico’s op bijwerkingen maar duidelijk beschikbaar blijft voor de groepen die blootgesteld worden aan deze medicijnen.
Op dit moment houden gezondheidsorganisaties over de hele wereld zich bezig met onderzoek naar de bijwerkingen van ADHD medicijnen, worden richtlijnen voor het gebruik ervan steeds meer aangescherpt en is men zich zeer bewust van de risico’s die deze medicijnen met zich meebrengen. Dit uit zich onder andere in de plaatsing van zeer zware waarschuwingen (Black Box Warning etiketten) op een aantal van deze medicijnen. Zolang er geen zuivere diagnostische methodieken voor ADHD bestaan, of klinkklare bewijzen voor het hebben van deze gedragsstoornis, blijft het zaak voor ouders om alert te zijn als het gaat om de gezondheid van hun kind. Laat u goed informeren, stel vragen, accepteer niet klakkeloos voorgeschreven medicijnen wanneer alternatieve behandelingsmethoden ter beschikking staan, en mocht behandeling met medicijnen de juiste weg zijn voor uw kind, laat u dan goed begeleiden door een specialist op dit gebied.