Wat zijn de spelregels van sjoelen

Inleiding

Oudhollandse spelletjes zijn tot op de dag van vandaag razend populair om te spelen op feesten en partijen. Koekhappen, spijkerpoepen: iedereen heeft het wel een keertje gedaan. Een ander zeer bekend spel is sjoelen. Veel mensen denken dat de spelregels van sjoelen neerkomen op: schuif met de houten schijfjes tot je er geen meer over hebt en tel dan gewoon alle punten bij elkaar op. Dit klopt voor een deel, maar er zijn echter ook nog andere regels. Maar wat zijn deze andere, officiële, spelregels van sjoelen dan eigenlijk?  

Sjoelen

Sjoelen is een van oorsprong Nederlands spel. Hier is het spel dan ook het populairst. De afgelopen jaren wint sjoelen echter ook aan populariteit in België, Duitsland, Groot-Brittannië en zelfs ook in Tsjechië. Er zijn grote landelijke toernooien gehouden en ook een wereldkampioenschap. Bij het WK van 2008 won voor zowel de mannen als voor de vrouwen een Nederlander. Bij het wereldkampioenschap werden de geslachten dus van elkaar gescheiden. In de huiselijke kring gebeurt dit meestal niet. Dit is wellicht ook wat sjoelen tot zo’n populaire sport heeft gemaakt: je kunt het met iedereen samen spelen. Jong, oud, man, vrouw; iedereen kan meedoen.

Spelregels

Voordat je aan het spel kunt beginnen, heb je een sjoelbak nodig. De meeste sjoelbakken zijn zo rond de 2 meter lang. Aan het eind van de sjoelbak zitten de vier gleufjes. Het is de bedoeling om de houten sjoelschijfjes door deze gleuven te schuiven. Van links naar de rechts zijn de gleuven goed voor 2, 3, 4 en 1 punten. Het spel en de puntentelling dienen volgens de officiële (wedstrijd)regels te verlopen zoals hieronder beschreven staat.

Spelverloop

Een speler krijgt aan het begin van zijn beurt dertig houten schijven. Vaak leggen mensen deze schijfjes opgestapeld op de houten plank die dwars over de sjoelbak is gemonteerd. Dit is toegestaan, hoewel deze plank daar niet voor bedoeld is. De plank zit er namelijk zodat je de schijf maar over een beperkte lengte vooruit kan schuiven. Als je de schijfjes toch op de plank legt, loop je het risico dat je de schijfjes er per ongeluk vanaf duwt. Gebeurt dit, en komen de schijfjes achter de plank in de bak terecht, dan zijn de schijfjes verloren. Het is verboden om ze weer terug te pakken. Ook wanneer je een schijfje zo hard schuift, dat deze uit de bak vliegt of bovenop een andere schijf terecht komt, is het niet toegestaan om de schijfjes terug te pakken.

De speler begint dus met het schuiven van de dertig schijfjes. Zodra deze allemaal zijn gespeeld, worden de schijfjes teruggepakt die niet in een vak terecht zijn gekomen. Als een schijfje maar voor de helft door een gleuf is gegaan, moet je je vinger langs het gleufje bewegen. Als het schijfje dan alsnog in de gleuf gaat, is dat ook goed. Zoals hierboven al beschreven werd, mogen schijfjes die uit de bak zijn gevlogen of op een andere schijf terecht zijn gekomen, niet worden teruggepakt. In totaal heeft een speler drie beurten om zoveel mogelijk schijfjes in een vak te krijgen.

Puntentelling

Nadat een speler zijn drie beurten heeft gehad, kunnen de punten geteld worden. Ten eerste moet er dan gekeken worden of er in ieder vak één steen ligt. Is dat het geval, dan tellen die vier stenen samen voor 20 punten. Als er in ieder vakje twee stenen liggen, telt dat voor 40 punten. Liggen er in ieder vakje drie stenen, dan zijn dat 60 punten enzovoorts. De overige stenen hebben gewoon de waarde die op het desbetreffende vak staat.

Stel: in het vak voor 2 punten liggen vijf stenen, in die voor 3 twee stenen, in die voor 4 twee stenen en in het vak voor 1 punt liggen 4 stenen. In ieder vakje liggen minimaal twee stenen. Dat levert 40 punten op. Dan heb je nog drie losse stenen die 2 punten waard zijn. Dat geeft 6 punten. Ook heb je nog twee stenen die 1 punt waard zijn. Dat geeft 2 punten. In totaal levert deze beurt dus 40 + 6 + 2 = 58 punten op.

Conclusie

Sjoelen is één van de populairste gezelschapsspellen van Nederland. Het spel wordt gespeeld met dertig houten schijven. In drie beurten moeten er zoveel mogelijk van deze schijven in een vak worden geschoven. Na deze drie beurten worden de punten opgeteld. Wanneer in ieder vak één steen ligt, levert dit 20 punten op. De overige stenen hebben gewoon de waarde van het vak waar ze in liggen. Door de eenvoudige spelregels op te volgen, kan sjoelen een erg spannend maar bovenal leuk spel worden!