Improvisatie Theater: De basis

Inleiding

In de afgelopen jaren heeft het Improvisatie Theater steeds meer voet aan de grond gekregen in Nederland. De populariteit is met name gegroeid dankzij succesvolle Tv-programma’s zoals De Lama's en De Vloer Op.

Maar wat is het en hoe werkt het? En misschien nog wel het meest interessant: "kan ik het ook"?

In dit artikel worden de geschiedenis en de basisprincipes van deze kunstvorm beschreven.

Geschiedenis

De belangrijkste grondlegger van het hedendaagse Improvisatie Theater, ook wel Theatersport genoemd, is Keith Johnstone geweest. Hij heeft deze techniek in eerste instantie ontworpen om 'vastgelopen' theateracteurs te helpen om zich vrijer te voelen op het podium. Keith Johnstone had hiervoor een aantal improvisatie oefeningen bedacht, die gericht waren op onder andere spontaniteit, spelplezier en positiviteit. Met behulp van deze oefeningen werden de acteurs goed op elkaar ingespeeld en zo konden ze steeds beter met onvoorziene en/of onverwachte situaties omgaan, bijvoorbeeld bij het vergeten van de tekst.

Maar al snel bleek dat deze oefeningen niet alleen als voorbereiding op het reguliere theater interessant waren, maar ook als unieke speelvorm hadden de oefeningen zeker potentie. Hier is vervolgens de Theatersport uit voortgekomen.

Theatersport, zoals we het nu kennen, is een combinatie van toneelspel en sportelementen. Zo wordt er gestreden in (meestal) twee teams van vier personen. Er is een jury die de opdrachten beoordeelt en natuurlijk een publiek. De teams kunnen punten scoren door middel van het zo goed mogelijk uitvoeren van diverse improvisatie uitdagingen / opdrachten. De uitdagingen variëren sterk en zijn nooit hetzelfde. Het publiek wordt namelijk vaak bij dit soort wedstrijden nauw betrokken bij de uitdagingen. Zo benoemt het publiek bijvoorbeeld eigenschappen over de scènes (zoals een locatie of relatie). Het spelende team moet tijdens de uitdaging deze eigenschappen duidelijk naar voren laten komen. Na een onderdeel, als beide teams aan bod geweest zijn, bepaalt de jury of het publiek de winnaar.

Basisprincipes

Iedereen kan improviseren. Het is namelijk niet eng, spannend of moeilijk om te doen, want elke dag improviseer je! Improviseren betekent namelijk niets meer dan: ‘iets ter plekke bedenken’ of ‘onvoorbereid iets doen of maken’.

Onvoorbereid, inderdaad, maar dat betekend niet dat er geen regels zijn.

Om samen improviseren leuk, uitdagend en interessant te houden voor iedereen, dus zowel de spelers als het publiek, zijn er een aantal belangrijke regels: De drie basisprincipes. Alle drie de principes zijn even belangrijk voor het neerzetten van een sterke improvisatiescène.

Durven falen

Het eerste principe is, in mijn ogen, de lastigste. Het betreft hier namelijk improvisatie. Dit houdt in dat je, zoals hierboven vermeldt, onvoorbereid de scène ingaat. Door helemaal spontaan en open te zijn, haal je het meeste uit jezelf, de scène en de ander. Dat betekend dat alles goed is en alles mag. Denk daarom niet te veel na en durf te falen. Want als je alles zegt wat je denkt, dan kan het wel eens voorkomen dat je iets zegt dat compleet onzin is. Maar dat is niet erg. Blijf in je spel en ga gewoon door!

Elkaar laten stralen

Het tweede principe, elkaar laten stralen, lijkt gemakkelijk. Het houdt in dat je niet voor jezelf speelt, maar voor de ander. Geef de ander zoveel mogelijk cadeautjes (oftewel spelideeën) tijdens het spel. Help de ander om de scène verder te brengen. Dan komt het goed. Zeker als de ander hetzelfde zal doen.

Accepteer elkaars idee

Het derde principe houdt simpelweg in dat je geen 'nee' zegt, of 'ja, maar'.Op de cadeautjes die je medespeler je aanbiedt, zeg je volmondig 'JA'! En je denkt er gelijk achter aan 'LEUK'. Dit zal in het begin moeilijk zijn, maar als je er bewust mee bezig gaat, dan zul je zien dat je scènes veel soepeler verlopen en zelfs interessanter zijn om naar te kijken. Door nee te zeggen, ook wel blokkeren genoemd, stopt een scène namelijk direct. Voorbeeld: Zullen we gaan zwemmen? Nee. Dit is dus einde verhaal.

Conclusie

Als deze basisprincipes de grondslag zijn van hoe het spel gespeeld wordt, dan zul je al snel merken dat je verder komt met het improviseren. Natuurlijk houdt dit wel in dat je met elkaar moet blijven oefenen en oefenen. Als je elkaar leert kennen in het spel, dan weet je op een gegeven moment wat je aan elkaar hebt. Vooral als je een goed team wilt vormen, is het handig om de sterke en zwakke punten van elkaar te kennen en hierop in te spelen.

Meer informatie

Hierboven zijn de basisprincipes van het Improvisatie Theater besproken. Voor meer informatie over Improvisatie Theater, kijk dan bij een van onderstaande artikelen:

Improvisatie Theater: De Scènes

Improvisatie Theater: Diepgang

Improvisatie Theater: IJsbrekers

Improvisatie Theater: Handige Lijsten

Heel veel improvisatieplezier gewenst!

Afsluiting

Improvisatie is er voor iedereen. Natuurlijk zal het de een beter liggen dan de ander en vindt de een het gewoon leuker dan de ander. Mocht je erg geïnteresseerd zijn, dan is er vaak wel een vereniging in je omgeving waar je je kunt aansluiten. Wellicht worden er ook cursussen gegeven voor beginners en/of gevorderden. Verder treden verenigingen regelmatig op of strijden ze een Theatersportwedstrijd tegen een andere vereniging. Deze kun je gewoon bezoeken (soms met entree). Altijd leuk voor een gezellige avond uit.