De vos als huisdier

Wilde stamverwant van de huishond

35960.jpegAls wilde stamverwant van de huishond is de vos ongetwijfeld degene die het meest als huisdier wordt aangetroffen. Er zijn natuurlijk nog andere stamgenoten die men perfect als huisdier kan opvoeden, voorbeelden daarvan zijn: de jakhals en de wolf die men getemd aantreft, zeker als je ze van jongsaf aan in handen hebt, kan je er alleraardigste huisgenoten aan hebben. Wanneer je een welpje van de vos in huis haalt, en je wil hem grootbrengen, dan heb je meteen ook een grote verantwoordelijkheid, dan moet je wel rekening houden met zijn aangeboren eigenschappen.

Een welpje

Het allermooiste is als u een welpje van een tien tot twaalf dagen oud kan bemachtigen. Dit is de leeftijd dat de oogjes beginnen opengaan. En het belangrijkste van die leeftijd is, u hebt dan alleen te maken met zijn aangeboren eigenschappen. En het zal uw taak worden hem goede eigenschappen bij te brengen, of wanneer het slechte eigenschappen betreft: hem deze af te leren. Dit zal veel gemakkelijker blijken dan u denkt. Het diertje ziet u aan als zijn moeder omdat u het eerste bent dat hij ziet wanneer zijn oogjes opengaan.

Verantwoordelijkheid bij het grootbrengen

Denk niet te licht na over het opfokken van het diertje. het grootbrengen gebeurt eigenlijk hetzelfde als bij een hond of poes. Dus bij de leeftijd van tien tot twaalf dagen gebeurt dit met de fles, en zal dit de nodige verantwoordelijkheid meebrengen. Dus bezint eer gij begint! U moet echt wel goed overwegen of u er al die moeite en tijd wil insteken. Het jonge dier moet overdag om de twee uur en 's nachts om de drie uur een flesje hebben, en dit tot de 21ste levensdag. Vanaf dan is het makkelijker en minder tijdrovend, hij kan dan al zelfstandig melk oplikken uit een schoteltje en fijngeraspt vlees eten. Je hoeft het diertje dan alleen nog de eerste voeding en de laatste voeding een flesje te geven. 's Morgens en 's avonds dus.

Aanvulling van voedsel

Heeft het diertje de leeftijd bereikt van ongeveer drie maand, dan zal je voor aanvulling van voedsel moeten zorgen. Dit wil zeggen: mussen, muizen, kleine ratten, regenwormen, sprinkhanen en andere grote insekten. Als je beslist om dit niet te doen, dan zullen er na verloop van tijd spijsverteringsproblemen en verstoppingen optreden. Natuurlijk geef je hem uit humanitaire overwegingen de prooidieren niet levend maar dood. Hij zal dan ook niet echt aanleren om andere dieren te doden, en mocht hij dit toch doen dan zal hij zich ook meteen schuldig voelen wegens een overtreding en kan je makkelijker bijsturen.

De hond samen met de vos

Wanneer de vos samen met de hond worden opgevoed, dan kunnen ze uitstekend overweg met elkaar. En als de vos volwassen is, dan zal deze zich ook niet schuw en argwanend opstellen tegenover andere honden. Ook aan andere vierbenige dieren went de vos snel, zelfs aan gevleugelde huisdieren. En hoe vaker u met de vos aangelijnd gaat wandelen, en onder de mensen brengt, hoe sneller hij zijn aangeboren achterdocht en schuwheid zal afleggen en een volwaardig huisdier worden.

Over de zindelijkheid kunnen we heel kort zijn:

  • Een vos breng je even gemakkelijk zindelijkheid bij zoals de hond, dit wordt hem op dezelfde manier aangeleerd.
  • Zijn uitwendige verzorging loopt volkomen parallel met die van de hond.

Huisvesting

Mocht u de vos willen onderbrengen in een buitenkennel, dan dient deze buitenkennel aan bepaalde voorwaarden te voldoen. De vos is een uitstekende graver en springer en kan ook nog eens goed klimmen.  De ren zal dus moeten voorzien zijn van een betonnen bodemplaat en de omheining zal bij voorkeur tachtig centimeter diep ingegraven moeten zijn, en op de bodem van de kuil een omslag maken van vijftig centimeter. Ook de bovenkant van de kennel zal moeten afgesloten worden met gaas. Dan rest ons nog een hok te plaatsen. De voorkeur gaat uit naar een niet te groot hok, een hok dat uiteraard wind en waterdicht is en voorzien van een dikke laag stro. Het stro zal je natuurlijk regelmatig moeten verversen. 

Tot slot: Hondsdolheid

Het spreekt vanzelf dat uw vos, net de nodige spuitjes bij de dierenarts moet krijgen. Zeker ook omdat elke vos drager is van het virus rabies, met andere woorden hondsdolheid. Voor de mens is hondsdolheid geen te erg probleem meer, op voorwaarde dat wanneer u gebeten wordt door een vos of hond, u zich de nodige spuitjes laat toedienen. De vos kan alle vossen en andere zoogdieren besmetten door een beet. Als het virus dan doordringt tot in de zenuwen, dan begint het verwoestende werk. Voor de vos kan helemaal geen hulp meer baten, en deze zal onvermijdelijk sterven. Door het feit dat de zenuwen aangetast worden, gaat de vos zich heel vreemd en agressief gaan opstellen. Vandaar de naam hondsdolheid.

Links