De nog levende dragers van de Willems Orde, deel 1

Algemeen

Van de helden aan wie de Militaire Willems Orde tot ruim 50 jaar geleden is uitgereikt, zijn er nog 11 in leven. Hiertoe behoren 8 Nederlanders die de onderscheiding hebben ontvangen voor 1955, toegevoegd met Marco Kroon  op 29 mei 2009. In dit artikel vindt u 4 van de 11 ridders.

Willems Orde

De Militaire Willems Orde is de oudste Nederlandse militaire onderscheiding, opricht op 30 april 1815 door de toen heersende koning Willem I. De koning(in) is de grootmeester.

In het bijna 200 jaar oude register staan inmiddels 6.417 namen geregistreerd die deze versierselen hebben mogen ontvangen. De eerste ridder in deze orde is Prins Willem van Oranje, de bevelhebber tijdens de Slag om Waterloo. De orde is onder andere uitgereikt aan:

Op 29 mei 2009 werd de Orde uitgereikt aan kapitein Marco Kroon. Naast deze ridder van de orde zijn er nog 8 Nederlanders, 2 Canadezen en 1 Amerikaan in leven. Dit zijn:

1. Frits den Ouden

Frits Jan Willem den Ouden is geboren in Den Haag op 23 juli 1914. Hij is de oudste nog in leven zijnde ridder van de Willems Orde.

Gedurende de Tweede Wereld Oorlog was hij piloot van een bommenwerper bij de Eerste Vliegtuigafdeling van de Eerste Vliegtuiggroep van de KNIL (Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger). Hierbij waren squadrons (oftewel 39 vliegtuigen) verbonden en was kapitein (inmiddels buiten dienst) gelegerd op vliegbasis Andir bij Bandoeng. Aan het begin van zijn pilotencarrière werd Den Ouden, toen nog eerste luitenant, patrouillecommandant. Vanuit een geheime basis ergens op het eiland Borneo maakte hij en nog 3 andere vliegtuigen verkenningsvluchten boven de Straat van Makassar.

Op 12 februari 1942 kreeg Den Ouden de Willems Orde, 4e klasse voornamelijk vanwege zijn missies boven het voormalige Nederlands Indië. Hierbij voerde hij in zijn B10 bommenwerpers aanvallen uit op de schepen van Japan. Zijn collega’s en hijzelf ondergingen bij deze opdrachten vaak aanvallen van Japanse jagers.

In 1950 ging kapitein Den Ouden met eervol ontslag. In 1970 richtte hij de voormalige scheepswerf “De Amer” op. Zijn pensioen ging in 1974 in.

Nog steeds is dhr. Den Ouden actief inzake de Militaire Willems Orde. Op 4 mei 2009 legt hij op de Dam tijdens de dodenherdenking een krans namens de Orde en op 15 augustus legt hij een krans tijdens de herdenking van de Japanse overgave, dit in Den Haag.

2. Pierre Louis baron d’Aulnis de Bourouill

Pierre Louis baron d’Aulnis de Bourouill is geboren in Delft op 26 december 1918. Hij is vernoemd naar de Nederlandse officier die in 1701 commandant is van het nieuwe Hugenoten regiment Lislemarai. Deze Pierre die leefde van 1678 tot 1739 werd in 1709 luitenant kolonel en in 1727 kolonel commandant. Na de herroeping van het Edict van Nantes vlucht de militair, vanwege het feit dat hij Hugenoot is, naar Nederland. De huidige Pierre Louis baron d’Aulnis de Bourouill is een nazaat van hem.

Nadat het eindexamen gymnasium is gehaald gaat hij in vervroegde militaire dienst. Hij komt terecht bij de School voor Reserve Officieren der Onbereden Artillerie in Utrecht. Hij maakt, als sergeant, de voormobilisatie in 1938 mee. Dit betreft een crisis welke door het bezoek van premier Chamberlain aan Hitler wordt opgelost. Na dit conflict gaat d’Aulnis rechten studeren in Leiden.

Lang zal dit niet duren, want in 1939 is er wederom een voormobilisatie en wordt hij commandant van een peloton luchtdoelartillerie. Gelegerd op een dak van een bankgebouw in Den Haag.

Gedurende de Tweede Wereldoorlog is hij een zeer succesvol geheim agent. In oktober 1943 landt hij door middel van een dropping in Staphorst, waarna hij van onderduikadres naar onderduikadres ging. Tot aan het einde van de oorlog wist hij informatie door te spelen aan Engeland. Dit alles zonder door de bezetter te worden gesnapt.

  • Zo zette hij een weerstation op dat voor de Engelse luchtmacht (Royal Air Force) zeer belangrijk was.
  • Hij gaf de locatie van de in Nederland verblijvende legereenheden van de vijand door.

Op 7 januari 1950 wordt baron d’Aulnis gedecoreerd met de Militaire Willemsorde 4e klasse. Gekregen voor zijn zeer gevaarlijk, maar moedig optreden gedurende de oorlog.

Na de oorlog gaat hij werken bij een handelsonderneming (Koopman & Co) in Amsterdam en na 15 jaar trouwe dienst stapt hij over naar Brocades. Hij woont met zijn vrouw Blance Noyon en hun 4 kinderen op een woonboot in de Sixhaven. Later verhuist het gezin naar de A. van Dijckstraat. Samen met anderen richt hij in 1960 de Academie voor Kleinkunst op. Wanneer Brocades samen gaat met Gist in Delft verhuist de baron met zijn gezin naar Den Haag.

3. Albert Hoeben

Op 13 februari 1920 wordt in Stramproy Albert Hoeben geboren.

Hoeben wordt op 28 maart 1946 aangenomen als oorlogsvrijwilliger. Hij wordt opgeleid bij de marine in de Verenigde Staten. Vijf maanden later, op 26 augustus, strijdt hij mee als commandant bij de kampong Gondang op Java. Samen met een automatische geweergroep overmeesterd hij een verdedigde stelling op extremisten. Hierbij werd munitie buitgemaakt.

Hij wordt op 1 november tot 16 oktober 1947 tijdelijk korporaal, waarna hij als vrijwilliger wordt ontslagen. Op 28 mei 1947 wordt hij geridderd in de Militaire Willems Orde 4e klasse.

Op 17 mei 2009 was hij één van de eregasten tijdens de Limburgse veteranendag in Roermond. Dit vondt plaats bij het Nationaal Indië monument 1945-1962.

4. Cornelis Pieter van den Hoek

Geboren op 7 juni 1921 te Leerdam.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt hij in 1942 opgepakt en overgebracht naar het werkkamp Keulen. Wanneer Van den Hoek in november 1943 met verlof is duikt hij onder op een ark in de Biesbosch. Hier komt hij in aanraking met het verzet en sluit zich aan bij de groep “De Partizanen van de Biesbosch”. Als linie crosser maakt hij minimaal 37 oversteken. Tijdens deze oversteken brengt hij mensen, medicijnen, berichten e.d. over.

Hij wordt opgepakt door de bezetter en belandt in het werkkamp Waterloo (bij Amersfoort). Van den Hoek weet uit dit kamp te ontsnappen en loopt naar Drimmelen, hier meldt hij zich weer aan als linie crosser. Van de toen ter tijd 21 linie crossers is Van den Hoek de nog enige in leven zijnde.

Op 30 augustus 1948 ontvangt hij de ridderslag behorende bij de Militaire Willems Orde 4e klasse.

Het monument dat in Werkendam is opgericht ter herinnering aan het werk van de varende verzetstrijders (de linie crossers) en aan deze strijders zelf, is een initiatief van Van den Hoek.

Op 5 mei 2009 was het zijn initiatief om op de graven van Kees van de Sande en Arie van Driel, beiden ook verzetstrijders, een gravure aan te laten brengen van de Militaire Willems Orde. Beide mannen werden één week voor het einde van de oorlog door de bezetter geëxecuteerd.