Wat betekent de uitslag van de verkiezingen 2012

Ze zijn voorbij

De verkiezingen Het gestoelte van de tweede kamervoor de tweede kamer zijn voorbij en het is duidelijk wie de winnaar is, niemand. Want in de politiek in Nederland is er geen winnaar in de betekenis van degene die mag gaan regeren. In Nederland kennen we een compromissen politiek waarin politieke partijen moeten samenwerken om de meerderheid te krijgen in het parlement, zodat ze een coalitie regering kunnen vormen. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld landen als de Verenigde Staten of Frankrijk waar één partij de regering vormt, de partij die de presidents- of de parlementsverkiezingen wint.

Nederlandse verkiezingen

Hoewel de Nederlandse media en politici altijd doen alsof Nederlandse verkiezingen gaan over ‘wie wordt de winnaar’ en ‘wie gaat de premier leveren’, is dat niets anders dan marketing praat om iets saais spannend te maken. Want als er iets saai is, dan zijn dat wel verkiezingen. Je weet toch niet van tevoren wie de meeste stemmen gaat krijgen, want peilingen zijn vaak strategische signalen van kiezers. Verder gaat het eigenlijk altijd over hetzelfde in Nederland, gaan we bezuinigen of gaan we geld uitgeven. Gaan we over rechts van het midden regeren of over links.

Verder weten we als kiezers allemaal dat de verkiezingsuitslag niets zegt over wie met wie gaat regeren. Zo blijkt na iedere verkiezing weer dat de persoonlijkheden van de fractievoorzitters en onderhandelaars belangrijker zijn voor welke partijen gaan samenwerken in een regering, dan de verkiezingsuitslag.

Uitslagen 1977, 2010 en 2012

Kijk bijvoorbeeld naar de uitslag van de verkiezingen in 1977, 2010 en 2012. In 1977 had de PvdA, volgens de uitslag, moeten gaan regeren met het CDA, want dat waren de twee grootste partijen. Maar het werd een regering van CDA en VVD, omdat die twee ook een meerderheid hadden. Terwijl in 2010 de VVD had moeten regeren met de PvdA. Toch werd het een minderheidskabinet van VVD en CDA met gedoogsteun van PVV. Nu in 2012 is het nog afwachten of de twee grootste partijen met elkaar gaan regeren. Hoewel VVD en PvdA eigenlijk tot elkaar veroordeeld zijn, omdat er anders een coalitie komt met veel partijen. In onderstaande tabel een overzicht in de vorm van aantallen zetels in de tweede kamer van PvdA, CDA en VVD.

Partij/Jaartal 1977 2010 2012
PvdA 53 30 38
CDA 49 21 13
VVD 28 31 41
  130 82 92

Om deze tabel te kunnen duiden, moet je echter wat extra informatie hebben over de situatie in 1977, 2010 en 2012. In 1977 was de situatie nog zo dat PvdA en VVD beide vonden dat ze niet samen in een regering konden zitten. PvdA was tenslotte links en gericht op een grote regering en stond voor arbeiders. Terwijl de VVD een kleine regering belangrijk vond en stond voor werkgevers en ondernemers. Dit creërde de situatie dat het CDA als midden partij, die zowel voor arbeiders stond als voor werkgevers, eigenlijk de keuze kon maken met wie ze wilde regeren. Want zij had zowel met PvdA en als met VVD een meerderheid in de tweede kamer.

In 2010 en 2012 hebben we echter de politieke ervaring van de jaren negentig van de twintigste eeuw achter ons, waarin Nederland twee paarse kabinetten van PvdA en VVD heeft gekend. Dit had het gevolg dat PvdA en VVD hebben gezien dat werknemers en werkgevers succesvol samen kunnen werken in een kabinet. Het gevolg is dat het CDA haar riante positie van degene die mag kiezen kwijt is.

Verkiezingen 2012

We weten nu sinds 17 september 2012 wat de officiële verdeling is van de zetels in de tweede kamer. Zie onderstaande tabel, waarin ook is aangegeven welke coalitie van partijen een meerderheid van de helft plus 1 of meer zou kunnen creëren in de tweede kamer.

Partij Zetels Meerderheid
1. VVD 41
  • met PvdA: 79 zetels;
  • met PVV, SP en D66: 83 zetels
  • met PVV, SP en CDA: 84 zetels
  • met PVV, CDA en D66: 81 zetels;
  • met SP, CDA en D66: 81 zetels;
2. PvdA 38
  • met VVD: 79 zetels;
  • met SP, CDA en D66: 78 zetels;
  • met PVV, SP en D66: 80 zetels;
  • met PVV, SP en CDA: 81 zetels;
  • met PVV, CDA en D66: 78 zetels;
3. PVV 15
  • Met VVD en PvdA: 94 zetels;
  • Met VVD, SP en D66: 83 zetels;
  • Met VVD, SP en CDA: 81 zetels;
  • Met VVD, CDA en D66: 81 zetels;
  • Met PvdA, SP en CDA: 78 zetels;
  • Met PvdA, SP en D66: 80 zetels;
  • Met PvdA, CDA en D66: 78 zetels;
4. SP

15

  • Met VVD en PvdA: 94 zetels;
  • Met VVD, PVV en D66: 83 zetels;
  • Met VVD, CDA en D66: 81 zetels;
  • Met VVD, PVV en CDA: 84 zetels;
  • Met PvdA, CDA en D66: 78 zetels;
  • Met PvdA, PVV en D66: 80 zetels;
  • Met PvdA, PVV en CDA: 81 zetels
5. CDA 13
  • Met VVD en PvdA: 92 zetels;
6. D66 12
  • Met VVD en PvdA: 91 zetels;
7. CU 5
  • Met VVD en PvdA: 84 zetels;
8. GL 4
  • Met VVD en PvdA: 83 zetels;
9. SGP 3
  • Met VVD en PvdA: 82 zetels;
10. PvdD 2
  • Met VVD en PvdA: 81 zetels;
11. 50+ 2
  • Met VVD en PvdA: 81 zetels;
Totaal 150  

De meest logische coalitie is die van VVD en PvdA. Dat betekent namelijk slechts het onderhandelen met twee verzamelingen beleidsdoelen. Zodra er een derde partij bij komt neemt de complexiteit van het aantal beleidsdoelen en de verwatering van die doelen toe. Maar alleen onderhandelen met VVD en PvdA vraagt van beide kanten de bereidheid om de doelen van de andere partij te waarderen. Stop er echter een derde of vierde partij bij en de kans is groot dat de beleidsdoelen van de grootste partij het meest te lijden hebben.

Machtspositie

De kleinere partijen weten namelijk dat ze in een machtspositie zitten. Zonder hun inbreng komt er geen regering en loopt de politiek de kans zich belachelijk te maken, maar vooral de grootste partij zet zich te kijk als een logo's politieke partijenregeringsmacht onwaardige partij. Ze is namelijk niet instaat een paar kleine partijtjes in het gareel te houden. Hoe moet ze dan tijdens haar regeringsperiode de tweede kamer in het gareel houden?

Het is voor de grote partijen dus van belang om met elkaar of met een derde partij een oplossing te vinden met behulp van onderhandelen over de verschillen in beleidsdoelen die ze hebben. Daarmee geven ze zichzelf niet alleen de kans om hun eigen beleidsdoelen te realiseren, maar ze bewijzen ook nog eens dat ze regeringswaardig zijn. Wat de kans op winst bij de volgende verkiezingen weer een beetje groter maakt. Vandaar dat bepaalde tijdens de verkiezingscampagne gemaakte beloftes van politieke partijen wel eens op de reservebank terecht komen tot de volgende verkiezingscampagne.

Paars 3

Zo bestaat er dus een grote kans dat als VVD en PvdA er uit komen, dat de hypotheekrente aftrek nog eventjes blijft bestaan en de aanpassing van de huurwetgeving nog even wordt uitgesteld. Omdat de VVD toch wel heel graag het beste jongetje van de klas wil zijn op het vlak van overheidsfinanciën, dus moet er bezuinigd worden. Terwijl de PvdA toch vooral haar imago van beschermer van de werknemers wil hoog houden, dus mag het ontslagrecht niet te veel versoepeld worden. En ook al heeft de hypotheekrente aftrek de huizenmarkt op slot gezet, zij is toch vooral voordelig voor huizenbezitters. En misschien leidt de huidige huurwetgeving tot scheefwonen, liever scheefwoners dan daklozen.

Duidelijk

Maar wat de afgelopen decennia aan verkiezingen in Nederland duidelijk hebben gemaakt is dat het niet duidelijk is wie nu precies de verkiezingen heeft gewonnen. Dat weet je pas als de regering beëdigd is en de minister-president zijn collega ministers voorstelt. De finish is dus in zicht, maar waar hij ligt is nog wat onduidelijk. Wat dat betreft lijken verkiezingen voor de tweede kamer op een hardloop wedstrijd waarbij de hardlopers bepalen wanneer de finish is gehaald en waar hij ligt.

Conclusie

Op 17 september 2012 heeft de kiesraad de officiële uitslag van de verkiezingen van de tweede kamer op 12 september 2012 bekend gemaakt. Het is duidelijk dat de VVD de meeste stemmen heeft gekregen en de PvdA de tweede partij is in de tweede kamer. Het gevolg van de rest van de uitslag is, dat VVD en PvdA tot elkaar veroordeelt zijn, omdat ze tezamen een stevige meerderheid hebben van 4 zetels. Alle andere combinaties van partijen om tot een regering te komen, vraagt om tenminste vier partijen, als de VVD of de PvdA er niet bij zitten.

Het is duidelijk het wordt of een snelle formatieronde met VVD en PvdA en paars 3 of we komen uit in een langlopend formatieproces, waarin veel partijen het onderste uit de kan zullen proberen te halen zonder het lid op hun neus te krijgen.

Maar eigenlijk is de belangrijkste conclusie die je kunt trekken, dat Nederland verdeeld is langs de lijn meer overheid, meer werk, minder uitgeven, minder overheid. Het beste voor Nederland ligt waarschijnlijk in het midden en dat krijg je het beste voor elkaar als twee partijen van vergelijkbare sterkte met enigzins tegengestelde doelen met elkaar in zee gaan.

Afbeeldingen