Wie zit er achter de Jack the Ripper-moorden
Inleiding
London, de hoofdstad van het Verenigd Koninkrijk, is al decennialang een bijzondere en mooie stad. Zo zijn er bezienswaardigheden als Trafalgar Square en de Big Ben te bewonderen en heeft de stad al drie keer de Olympische Spelen mogen organiseren. Toch is er ook een periode geweest waarin deze stad liever werd gemeden: de tweede helft van 1888. Toen was de beruchte seriemoordenaar Jack the Ripper actief. Nooit is definitief vastgesteld wat de echte identiteit van deze persoon was, maar er zijn veel onderzoekers die claimen hem toch ontmaskerd te hebben…
Het verhaal
Het verhaal van Jack the Ripper begint op 31 augustus 1888. Midden in de nacht wordt prostituee Mary Ann Nichols weggestuurd uit een pension omdat ze niet genoeg geld heeft om de overnachting te betalen. Rond half zeven ’s ochtends, een uur nadat ze voor het laatst werd gezien, wordt haar levenloze lichaam teruggevonden in Buck’s Row, een straat in de wijk Whitechapel. Ze is verschillende keren gestoken en gesneden.
In de weken die volgen worden nog vier andere prostituees vermoord: Annie Chapman, Elizabeth Stride, Catherine Eddowes en Mary Jane Kelly. De lichamen van deze vrouwen waren ernstig verminkt. Bij allen waren één of meerdere organen (gedeeltelijk) uit het lichaam verwijderd. Door deze overeenkomsten worden deze vijf moorden gezien als het werk van The Ripper.
Al gauw wordt Jack the Ripper (die naam is door een journalist bedacht, waarschijnlijk om het verhaal ‘’aantrekkelijker’’ te maken) wereldnieuws. Tientallen politieagenten en detectives houden zich bezig met het onderzoek, maar tot op de dag van vandaag is niet met zekerheid vastgesteld wie deze vreselijke misdaden heeft begaan. Hierdoor doen er tegenwoordig nog steeds veel verhalen en complottheorieën de ronde over de werkelijke identiteit van deze persoon.
Aanwijzingen
Er zijn verschillende aanwijzingen die een tipje van de sluier van de identiteit van de dader hebben opgelicht. Toch is er nooit doorslaggevend bewijs gevonden.
De organen
De manier waarop de lichamen van de slachtoffers verminkt zijn, is één aanwijzing die naar een dader kan leiden. Alle organen zijn namelijk op een zeer professionele en vakkundige manier uit de lichamen van de slachtoffers verwijderd. Een doorsneepersoon kan niet op een dergelijke manier organen verwijderen. Hierdoor werd gedacht aan slagers of chirurgen als mogelijke daders. Onder andere de Russische chirurg Michael Ostrog werd door de politie als potentiele dader gezien, maar hij bleek later een alibi te hebben.
De plaatsen van de moorden
Ook de plekken waar de vijf moorden zijn gepleegd, hebben gezorgd voor vele complottheorieën. Zo zouden de plaatsen delict, wanneer je ze op een kaart aangeeft, de vijf punten van een pentagram zijn. Dit is het teken van de vrijmetselarij, een christelijke organisatie die met geheime rituelen een hoog spiritueel niveau wil bereiken. Onder andere William Gull was een fanatieke lid van deze organisatie. Ook was hij een zeer goede (lijf)arts, van koningin Victoria nog wel. Hierdoor werd ook hij als verdachte gezien.
Nog een ander hoogstaand persoon zou meer te maken hebben met de moorden: prins Albert Victor. Hij zou bij een prostituee een kind verwekt hebben. Dit was een grote schande en daarom zou hij haar uit de weg hebben geruimd. Dit zou echter maar één van de vijf moorden verklaren.
De brief
Er zijn rond en na de tijd van de moorden tientallen brieven naar de Londense politie gestuurd van personen die claimen Jack the Ripper te zijn. Waarschijnlijk is het overgrote deel hiervan niet door de echte moordenaar geschreven. Er is echter één brief waarvan door velen de kans groot wordt geacht dat het een authentieke Jack the Ripper-brief is. Deze brief wordt de From Hell-brief genoemd, naar de aanhef. Op 15 oktober 1888, toen er al vier moorden waren gepleegd, ontving hoofd van de veiligheidsorganisatie van Whitechapel George Lusk deze brief.
De schrijver meldt dat hij met deze brief ook een helft van een menselijke nier meestuurt. De andere helft zou hij hebben gebraden en vervolgens opgegeten. Met de woorden ‘’wellicht stuur ik u als u nog een tijdje wacht ook het bebloede mes. Pak me als je kan, meneer Lusk’’ eindigt de schrijver de brief.
Bij de brief was inderdaad een in een klein doosje verpakte nier geleverd. Een paar weken voordat de brief was verstuurd, was Catherine Eddowes vermoord. Bij haar was een nier verwijderd. Destijds wees onderzoek uit dat het om haar nier ging dat in het doosje was gevonden, waardoor dus werd geloofd dat men met de echte moordenaar te maken had. Wegens het gebrekkige Engels waarin de brief was geschreven, werden de verdenkingen naar de lagere rangen van de bevolking verplaatst. Er is veel moeite gedaan om het handschrift te identificeren, maar tevergeefs.
Jack the Ripper een vrouw?
Lange tijd werden er alleen maar mannen als mogelijke daders genoemd, maar naarmate het onderzoek een langere tijd liep, begon het er steeds meer op te lijken dat er niet met een mannelijke, maar met een vrouwelijke moordenaar rekening gehouden moest worden. De naam Jack the Ripper werd omgebouwd tot Jill the Ripper.
Bij een drietal slachtoffers was de baarmoeder uit de buik verwijderd. Dit richtte de verdenkingen op Lizzie Williams. Deze hoogstaande vrouw zou de slachtoffers via via persoonlijk hebben gekend. Ook kon ze geen kinderen krijgen, waardoor ze de prostituees uit wraak zou hebben vermoord. Ook haar man, sir John Williams, is door sommigen als verdachte aangewezen. Een andere vrouw die Jill the Ripper zou zijn, is Mary Pearcey. Zij had eerder in haar leven al twee mensen gedood. Er is echter nooit direct bewijs gevonden dat haar in verband brengt met deze moorden.
Verder zijn er nog een aantal algemene aanwijzingen die in de richting van een vrouwelijke moordenaar zouden wijzen. Zo kon een vrouw zich in die tijd goed voordoen als verloskundige of kraamhulp (die beroepen waren destijds geheel aan vrouwen besteed) en dat als excuus gebruiken voor het dragen van bebloede kleding. Niemand zou haar verdenken als moordenaar. Ook was geen enkel slachtoffer seksueel misbruikt, waardoor sommigen denken dat de moorden niet het werk van een man zijn. Dit is echter een zwakke aanwijzing, aangezien mannelijke moordenaars lang niet altijd hun slachtoffers misbruiken. In 2006 is er een betere aanwijzing gevonden. Toen werd speeksel dat kleefde aan postzegels van verschillende brieven onderzocht (in de 19e eeuw was dit nog niet mogelijk). DNA-onderzoek maakte duidelijk dat het speeksel van een vrouw afkomstig moest zijn.
Conclusie
Er zijn verschillende mensen die werden en worden genoemd als mogelijke daders van de Whitechapel-moorden:
● Michael Ostrog
● Sir William Gull
● Prins Albert Victor
● Lizzie Williams
● Mary Pearcey
Verder zijn er door de jaren heen tientallen en misschien wel meer dan 100 mensen genoemd als mogelijke moordenaars. Alle soorten mensen zijn voorbij gekomen: man, vrouw, arm en rijk. Toch is vandaag de dag, zo’n 125 jaar nadat de moorden zijn gepleegd, het grootste mysterie van Londen nog steeds niet opgelost.