Milieuproblematiek
De laatste decennia zijn er in onze wereld steeds meer milieuproblemen. Deze problemen spelen zich af op verschillende niveaus zoals luchtvervuiling, bodemvervuiling.. Deze gevolgen hebben gevolgen voor alle levende wezens op aarde. Als we zo voort gaan zal het met onze binnen een zeer korte tijd grondig mis gaan met onze planeet.
Gelukkig zijn de laatste jaren steeds meer mensen begaan met ons milieu en haar problemen. Een van de belangrijkste aspecten omtrent milieuvervuiling is onze lucht. Sinds de Industriële Revolutie worden steeds meer giftige en ongezonde gassen de lucht ingepompt. In Vlaanderen wordt de lucht vanzelfsprekend mee bepaald door de stoffen die de omliggende landen uitstoten. Beleidsmaatregelen moeten zich dan ook op aangepast niveau situeren. Mogelijk te nemen matregelen situeren zich op het vlak van verkeer en energieverbruik. Belangrijk is dat er een alternatief gezocht wordt voor de auto. Vlaanderen moedigt het fietsverkeer dan ook ten zeerste aan. Ook de ozonlaag vermindert door het emitteren van bepaalde gassen die onder meer worden gebruikt in drijfgas en als koelmiddel. Deze ozonlaag beschermt ons tegen schadelijke UV-stralen. Op lange termijn moet de uitstoting van deze ozonafbrekende stoffen dus worden stopgezet. Ook producten van onvolledige verbranding, met onder meer koolstofmonoxide, zijn schadelijk voor de gezondheid. Hier moedigt de overheid de overschakeling naar ongevaarlijke producten hard aan. Ook dit is maar op lange termijn realiseerbaar.
Stabiliteit milieu
In vergelijking met het landmilieu heeft het zeemilieu altijd een redelijk stabiele kwaliteit gehad. Dit komt door de reusachtige omvang van de wereldzeeën. Deze bedraagt zo'n 13 miljard kubieke kilometer zeewater. Maar toch raakt ook dit vervuild. Een van de onderdelen van de zeevervuiling zijn de nutriënten. Nutriënten is de verzamelnaam voor de stoffen die planten als voedsel gebruiken. Voor het leven in zee zijn veruit de belangrijkste planten de microscopisch kleine, eencellige algen die in het water zweven. Deze algen staan aan het begin van alle voedselketens: ze worden gegeten door kreeftjes, zoals bijv. garnalen en mosselen, en deze worden weer door andere dieren gegeten. Nutriënten zijn dus de stoffen waaruit al wat leeft is opgebouwd. Zij kunnen voor vervuiling zorgen als ze met teveel voorkomen. Men spreekt dan van eutrofiering of overbemesting. Olievervuiling is voor de mensen een van de meest voorkomende vervuiling van de zee. Er stroomt per jaar in de Noordzee naar schatting 80.000 tot 220.000 ton olie. De effecten voor dieren zijn catastrofaal. Door de hoeveelheid olie kunnen vogels niet meer goed hun vleugels bewegen, waardoor ze zullen sterven van de honger. Ook andere dieren, zoals vissen, zeehonden, schaaldieren etc… merken dat er olie in het zeewater voorkomt, en als de concentratie erg hoog is, zullen ook zij sterven.
Bodemvervuiling
Ook bodemvervuiling is een zeer veel voorkomende factor van milieuvervuiling. De bodemvervuiling is een eerder lokale vorm van verontreiniging die later dan de lucht- en waterverontreiniging in de algemene aandacht is gekomen. Onzichtbare giftige stoffen onder de grond stuiten immers veel minder tegen de borst dan rokende fabrieksschoorstenen of dode vissen in rivieren. Toch werd vanaf het begin van de jaren '80 de publieke opinie wakker geschud door een aantal zeer concrete gevallen van bodemvervuiling. In het Nederlandse Lekkerkerk werd chemisch afval aangetroffen onder een woonwijk, waarbij bewoners moesten worden geëvacueerd. Uit de inventarisatiestudie die na de affaire Lekkerkerk werd opgezet bleek de gigantische omvang van het probleem. Steeds meer chemische afvalbelten, illegale storten van gevaarlijk afval en vervuilde sites werden onthuld.
Ook in België werd men zich meer en meer bewust van de bodemvervuiling. In de Kempen bleken in de omgeving van de zinkfabrieken te Balen, Lommel en Overpelt tuinen, landbouwpercelen en bossen gevaarlijk verontreinigd door zware metalen. De lijst van verontreinigde plaatsen, groeide gestaag. Officieel zijn er momenteel een 2.000-tal bekend, maar het ware aantal zal veel hoger liggen. Het gebruik van de bodem door de mens kan er toe leiden dat stoffen of organismen in de bodem worden gebracht die de kwaliteit van de bodem rechtstreeks of onrechtstreeks verminderen. In dat geval spreekt men van bodemverontreiniging. Een bodem kan ook op verschillende manieren aangetast worden zonder dat van vervuiling sprake is: denk maar aan het overmatig onttrekken van grondwater met verdroging tot gevolg. Vervuilende stoffen kunnen op verschillende manieren in de bodem terechtkomen. Verontreinigde terreinen zijn dan weer geconcentreerde, duidelijk lokaliseerbare bronnen zoals stortplaatsen en plaatsen met een onzorgvuldige opslag van grondstoffen of afvalstoffen.
Greenpeace
Greenpeace is een milieuorganisatie die al deze milieuproblemen aanpakt. Deze organisatie komt vaak negatief over in het nieuws maar veel mensen weten eigenlijk niet goed wat ze nu juist doen om milieuproblemen tegen te gaan. Greenpeace is een actiegroep. Ze proberen op een geweldloze manier dingen te voorkomen die schadelijke gevolgen hebben voor het milieu. Ze willen zo proberen een duurzaam evenwicht tussen mens en milieu te krijgen. Aanwezig zijn op de plaats waar de natuur geweld wordt aangedaan. Op een opvallende manier laten zien wat er mis is én hoe het anders kan. Dat is al zo'n dertig jaar, sinds de allereerste actie, de filosofie van Greenpeace. Oorspronkelijk richtte Greenpeace zich vooral op oceanen, zeeën en rivieren en alles wat daarin leeft en daarvan afhankelijk is, zoals zeehonden en walvissen. De laatste jaren pakt Greenpeace, naast deze 'klassieke' onderwerpen, andere problemen aan. Milieuproblemen houden niet op aan de wal of bij de grens. Alle kleine en grote fouten die Greenpeace tot nu maakte meegerekend, verrichte Greenpeace voortreffelijk werk om het milieu te beschermen.
Conclusie
Uit deze samenvatting kan je concluderen dat onze wereld in grote problemen verkeert. Overal waar je komt vind je in deze dagen wel een vorm van vervuiling. Dankzij de grote milieuorganisaties zoals Greenpeace, maar ook de individuele mens die zich bekommert om het milieu, wordt er toch nog iets gedaan voor onze samenleving. We zullen in de toekomst samen moeten werken om een betere leefwereld te creëren voor onze kinderen en kleinkinderen