Sikkelcelziekte bij je kindje

Inleiding

Wat is het en hoe merk je het? Het is een soort van chronische bloedarmoede. Als je baby net geboren is, zul je ook nog niet merken dat je kindje het heeft. Je zal het pas na ongeveer 4 tot 6 maanden gaan merken. Vaak zijn de handjes pijnlijk en opgezwollen, ook de voetjes kunnen pijnlijk en opgezwollen zijn. Ook zien ze vaak plots bleek en gaan infecties niet vanzelf over en ze kunnen ook nog eens een opgezet buikje hebben.

Evolutie

Als je kindje wat ouder is en de ziekte heeft, zal het vaak minder snel groeien dan leeftijdsgenootjes en zal het sneller moe zijn. Ook kunnen zijn pijnlijke botten hebben en gelig oogwit.

Rol van hemoglobine

We hebben in ons bloed hemoglobine, dat komt voor in de rode bloedcellen en zorgt er voor dat het zuurstof kan vasthouden. Bij iemand met sekkelcelziekte wijkt dat net iets af en daardoor functioneren deze rode bloedcellen niet helemaal goed. Normaal blijft een rode bloedcel rond en bij sikkelcel ziekte niet. Op het moment dat de zuurstof is opgenomen in de bloedcellen en afgeleverd is op de plaats waar het moet zijn verschrompeld de rode bloedcel tot een soort sikkel (een half maantje). Vandaar dus ook de naam 'sekkelcelziekte'.

Normaal wordt een cel pas na 120 dagen ongeveer afgebroken en bij sikkelcellen is dat al na 30 dagen, dat zorgt dus voor het tekort aan rode bloedcellen waardoor je dus bloedarmoede krijgt. Ook kunnen er bij de sikkelcellen problemen vormen als verstopte bloedvaten. Doordat ze de vorm hebben van een sikkel kunnen ze gemakkelijk in elkaar haken waardoor er dus ee propje ontstaat. Bij deze ziekte hebben de meeste kinderen met de juiste behandeling en levenswijze een prima leven, enkel zal er rekening gehouden moet worden met 'aanvallen'. Sikkelcelziekte kan dus met vlagen komen.

Hoe krijg je sikkelcelziekte en hoeveel mensen hebben het?

Sikkelcelziekte is enkel erfelijk. Je krijgt het dus van je vader of moeder mee of van beiden. Je kunt ook drager zijn van de ziekte. Als je drager bent zul je dus geen last hebben. Het maakt verder geen verschil of je een jongen of meisje bent.

Er worden jaarlijks ongeveer 30 tot 40 kinderen met de ziekte in Nederland geboren. De ziekte komt vaker voor bij mensen die uit tropische ofwel subtropische landen komen. Het komt daar waarschijnlijk vaker voor omdat het ook direct een soort van 'natuurlijke' bescherming is tegen malaria.

Is er behandeling mogelijk?

Vaak zijn de klachten goed te behandelen met antibiotica, extra vocht en pijnstilling. Bij kinderen met de ziekte word er sowieso uit voorzorgsmaatregelen antibioticum gegeven. Ook krijgen kindjes met sekkelcelziekte extra vaccinaties.

Conclusie

Je hoef je eigenlijk weinig tot geen zorgen te maken over de ziekte, maar in de eerste week na de geboorte van je kindje zal er een hielprik plaats vinden waarbij er op de ziekte gecontroleerd word. Je hoeft niet aan de hielprik deel te nemen maar neem je wel deel aan de hielprik (en je krijgt geen bericht binnen een aantal weken) weet je wel of jou kindje de ziekte wel of niet heeft.