Hoe werkt krijgen versus geven

Krijgen of Geven

Iedere dag opnieuw is de vraag die we onszelf kunnen stellen:

Ga ik vandaag een geef houding aannemen of wil ik vandaag vooral krijgen?

Maar wat is nu eigenlijk het verschil tussen geven en krijgen? Want geven is alleen mogelijk als er iemand is die het ontvangt (krijgt) en krijgen is alleen mogelijk als er iemand is die geeft.

Geven of Krijg

We kennen allemaal het gevoel nog wel toen we jong waren en vol anticipatie zaten te wachten op onze verjaardag of sinterklaas, ons afvragend of we zouden krijgen wat we hadden gevraagd. De spanning van het wachten was soms te groot voor woorden. Terwijl we even goed het gevoel kunnen herinneren als we iemand iets gaven waarvan ze lieten blijken het heel erg leuk te vinden. Het gevoel iets geweldigs gedaan te hebben, alsof je gescoord had in die belangrijke wedstrijd.

Maar beide gevoelens bestaan alleen maar bij de gratie van een gever en een ontvanger. Zonder gever is er geen ontvanger, zonder ontvanger is er geen gever. Dus gever en ontvanger zijn beide noodzakelijk. Toch is er iets vreemds aan de hand met geven en krijgen.

Iets vreemds

Het vreemde met geven en krijgen is dat als iedereen een houding aanneemt van krijgen, dan zijn er geen gevers en geen ontvangers. Terwijl als iedereen een houding aanneemt van geven, dan zijn er opeens alleen maar ontvangers.

In de menselijke samenleving creëert ontvangen dus geen gevers, maar gevers creëren wel ontvangers. Dit in tegenstelling tot de natuur waar het begint met ontvangen, zodat er gegeven kan worden. Anders gezegd op plekken waar niets is, komt vanzelf iets. Kijk naar gebieden waar vulkanen zijn uitgebarsten, na een aantal jaren groeit er vanalles op de vruchtbare rotsen van de lavastromen.

Krijgen en nog eens krijgen

Waarom leidt een ontvangershouding in mensen niet tot gevers?

In zekere zin kun je stellen dat een ontvangershouding het idee is van een lege emmer. Een lege emmer staat altijd klaar om gevuld te worden met iets wat in de emmer past. Een lege emmer kan dan ook pas geven als het gevuld is. Hoewel je zou kunnen stellen dat de lege emmer zijn leegte geeft, zodat het kan ontvangen? Maar de lege emmer kan zijn leegte misschien wel geven, maar het creëert met zijn gegeven leegte geen gever, maar is afhankelijk van een gever die wil geven. Als de lege emmer in een kamer met lege emmers staat, dan is er dus niets waarmee de lege emmer gevuld kan worden, behalve lege emmers. Dat ziet er wel opgeruimd uit, maar het blijven uiteindelijk lege emmers. De leegte heeft zich alleen maar verplaatst van de emmers naar de kamer. Er is dus nog steeds heel veel ruimte om te ontvangen.

Krijgen leidt dus niet tot ontvangen.

Geven leidt tot ontvangen

Waarom leidt geven in mensen tot ontvangen?

Eigenlijk wordt deze vraag voorafgegaan door de vraag:

Hoe kan het dat mensen kunnen geven, voordat ze hebben ontvangen?

Want veel mensen hebben het idee dat ze pas kunnen geven als ze hebben ontvangen. Hoeveel mensen denken bijvoorbeeld niet dat ze eerst geld moeten verdienen, voordat ze iets goeds kunnen doen voor hun medemens, bijvoorbeeld door het geven van een donatie?

Maar in dit artikel is die tweede vraag even niet belangrijk. Dus:

Waarom leidt geven in mensen tot ontvangen?

Het meeste simpele antwoord is:

Omdat mensen altijd bereid zijn om te ontvangen. Ze staan altijd in een ontvangsthouding.

De inspanning van het geven

Dus als gever hoef je niet veel te doen om je gift ontvangen te zien worden. Eigenlijk is het enige wat je moet doen zoeken naar de gift die de ontvanger wil krijgen. Soms kan dat zoiets eenvoudigs zijn als vragen wat de ontvanger wil krijgen. Soms is het een stuk intensiever, omdat je moet vragen en onderzoeken en analyseren wat de ontvanger bedoelt met zijn antwoord. We kennen allemaal wel het antwoord van ontvangers die zeggen niet te weten wat ze willen, omdat ze zich eigenlijk schamen voor hun wens of omdat ze denken dat je zo’n wens niet mag hebben. Vaak gaat het dan om wensen die in een taboesfeer liggen of waarvan de ontvanger denkt dat het onmogelijk is of waarvan de ontvanger denkt dat de gever het vreemd zal vinden. Bijvoorbeeld een specifieke sekswens zoals SM of een Mercedes C-klasse of een speciaal soort kaas mee terugnemen uit je vakantieland voor buren.

Altijd gevers

Maar wat eigenlijk bijzonder is aan geven is dat mensen dat altijd kunnen. Want of we kunnen onze tijd geven aan iemand die hulp nodig heeft. Of we kunnen onze kennis geven en er is altijd wel iets dat wij weten dat anderen niet weten, hoe minimaal die kennis ook mag lijken te zijn. Of we kunnen onze aandacht geven, wat een beetje lijkt op tijd geven, maar dan aangevuld met luisteren, samenvatten en doorvragen.

Altijd ontvangers

Zo makkelijk als we gevers kunnen zijn, kunnen we ook ontvangers zijn. Want als we aandacht geven, dan zijn we ook meteen ontvangers, zodat de ander zijn verhaal kan geven. Als we onze tijd geven om te helpen, zijn we ook meteen ontvangers van dankbaarheid voor onze hulp. Als we onze kennis geven, zijn we ook meteen ontvangers omdat we leren van het geven van onze kennis, waardoor we weer meer kennis hebben om te geven.

Geven versus ontvangen

Er wordt wel gezegd, dat het beter is om te geven dan te ontvangen. Maar zoals ik al schreef bestaat er zonder ontvanger geen gever. Maar wat eigenlijk veel erger is, is dat ontvangen niet leidt tot geven, dus eigenlijk zou het gezegde moeten heten:

Je kunt altijd geven, maar niet altijd ontvangen.

Daarbij is eigenlijk het belangrijkste om te onthouden dat je altijd kunt geven ook al heb je nog niets ontvangen. Want het is zoals George Bernard Shaw zei:

Als we allebei een appel hebben en we geven elkaar onze appel, dan hebben we allebei nog steeds maar een appel. Als we echter allebei een idee hebben en we geven elkaar onze ideeën, dan hebben we allebei twee ideeën.

Dus we hoeven alleen maar ideeën te hebben en dan kunnen we al geven.

Afbeeldingen

Cadeau door Cooldesign via freedigitalphotos.net

Groene emmer door Don Partlan via Flickr

Emmers door Randy Heinitz via Flickr

Oude appel via Cepolina.com