De gloeilamp van wereldwonder tot energievreter
Algemeen
Het is 1881 en Thomas Alva Edison presenteert op de Wereldtentoonstelling in Parijs de gloeilamp. Hij heeft deze niet helemaal zelf ontworpen, maar de uitvinding opgekocht en er octrooi op aangevraagd. Hij ontwikkelde de uitvinding verder waarna hij het presenteerde. Het product wordt door de “burgerij” beschouwd als een wereldwonder. Vanaf dat moment is elektra niet meer weg te denken uit het dagelijks leven. Mensen hoeven niet langer met zonsondergang naar bed, dus het levenspatroon wordt ook aangepast.
In 2009 heeft de Europese Unie in heel korte tijd de definitieve beslissing genomen dat binnen 3 jaar de gloeilamp niet langer verkrijgbaar zal zijn in Europa, de lamp zou namelijk te veel energie gebruiken.
Nederland en de gloeilamp
Een probleem in Nederland was dat de prijs van elektra bijna 2x zo duur was als gas, wat de gloeilamp tot een product maakte dat alleen mensen met een zeer ruime beurs deze konden aanschaffen (en natuurlijk gebruiken). Een gloeilamp als deze gaf net zoveel licht als iets meer dan 15 brandende kaarsen.
Door de uitvinding van de elektriciteit vonden ook uitvindingen plaats als de elektrische tram en fabrieken waar veel elektra werd gebruikt. Dit veroorzaakte een Tweede Industriële Revolutie. Dit en de gloeilamp maakte dat de elektra niet meer uit Nederland was weg te denken.
Opkomst elektriciteitsbedrijven
Iets meer dan twee jaar later, op 24 december 1883, wordt door Ludwig Wilhelm Schöffer de N.V. Electriciteits Maatschappij opgericht. Schöffer, geboren in 1831 en overleden in 1904, nam de Russische Achilles Khotinsky (geboren 1850 – overleden 1933) in dienst als technisch directeur. Het doel van dit bedrijf was om niet alleen elektriciteit te gaan leveren, maar ook gloeilampen te gaan produceren en installeren.
De lamp die ze produceerde was de zogenaamde Khotinsky-lamp en er werd al snel het maximum aantal lampen geproduceerd, namelijk 300 lampen per dag. De lampen hadden een lichtsterkte tussen de 5 en 200 volt.
Philips
Tien jaar na de introductie van de gloeilamp stichtte Gerard Philips “Philips & Co”. De firma werd geleidt door Gerard en vader Frederik.
- De keuze van standplaats viel op Eindhoven, mede vanwege de goedkope kinderarbeid
- In het begin werd een jaar capaciteit gehaald van 500 lampen.
In 1912 werd door de broers Gerard en (de 19 jarige) Anton de N.V. Philips opgericht. Het was niet Philips, maar General Electric die in 1935 de tl buis introduceert en deze is in de loop der jaren zo goed als niets veranderd. Hetzelfde bedrijf brengt in 1955 de halogeenlamp op de markt, vooral voor het gebruik in de auto industrie. Pas zo’n 30 jaar later konden de huishoudens hier ook gebruik van gaan maken.
Wel is het Philips die in 1980 als eerste de spaarlamp introduceert, welke te omschrijven is als een opgevouwen tl buis.
Het begin van het einde van de gloeilamp
Na de ontwikkeling van de spaarlamp komen heel langzaam, naar nu blijkt de invoering van allerlei nieuwe producten, waarbij steeds duidelijker gaat worden dat volgens de overheden de gloeilamp moet gaan verdwijnen. Werd deze in 1881 nog gezien als een wereldwonder, heden ten dage wordt de lamp gezien als energievreter.
Hoe is men tot deze maatregel gekomen:
- 1991: Het Nationaal beleidslamp bepaald dat er binnen 5 jaar (1995) in iedere woning minimaal 3.5 spaarlampen moeten branden.
- 1995: De eerste wit licht gevende ledlampen worden ontwikkeld
- 2006: 7 oktober; de klimaatfilm “An Inconvenient Truth” van Al Gore wordt vertoond.
- 2006: december; het is onze Nederlandse Philips dat oproept tot het verbieden van de gloeilamp.
- 2007: december; Philips zelf sluit in Weert zijn laatste gloeilampfabriek, vanaf 2005 hebben zij miljarden uitgegeven aan led ontwikkelaars.
- 2009: juni; de Amerikaanse president Barack Obama heeft bekend gemaakt dat de onzuinige gloeilampen op korte termijn van de markt worden gehaald, sterker zelfs ze zullen verboden gaan worden.
- 2009: 1 juli; Philips is begonnen met het produceren van energiezuinige TL producten voor de Benelux. Philips gaat zich helemaal toeleggen op energiezuinig producten.
Het einde van de Europese gloeilamp
De kogel is door de kerk, de Europese Unie heeft in sneltreinvaart een besluit genomen met betrekking tot de oude, zo vertrouwde gloeilamp. Vanaf 1 september 2012 zal er geen gloeilamp meer te koop zijn. Dit gebeurt niet zomaar van de ene op de andere dag, er is een heel stappenplan bedacht:
- 2009, september: gloeilampen van 100 Watt zullen van de markt verdwijnen
- 2010, september: gloeilampen van 75 Watt zullen niet meer verkrijgbaar zijn
- 2011, september: gloeilampen van 60 Watt worden uit de schappen gehaald
- 2012, september: gloeilampen van 25 en 40 Watt zullen de laatste zijn die niet meer verkrijgbaar zijn.
Doel van het verdwijnen van de gloeilamp
Volgens berekeningen van de Europese Commissie zou het verbieden van de gloeilamp, en het gebruik van volledige spaarlampen zal:
- een jaarlijkse besparing opleveren van 40 terra Wattuur.
- dit zou gelijk staan aan het energieverbruik van 11.000.000 gezinnen
- een jaarlijkse afname van de CO2 uitstaat van ongeveer 15.000.000 ton
- een gezin per jaar ongeveer 50 euro kunnen besparen op hun energierekening
Heel anders ziet echter de berekening van het Centraal Bureau voor de Statistiek eruit:
- Het Nederlands (huishoudens) energieverbruik van de gloeilampen is maar 0,8% van het totale energieverbruik in ons land.
- De opwekking van de elektriciteit in de opwekcentrales is 0,5%
- Per saldo komt het huishoudelijk verbruik neer op 0,3%
- Volgens het CBS levert een gloeilamp die aan is tot maximaal 3 graden meer warmte in een woning.
- Dit houdt dus weer in dat de kachel in huis op een lagere temperatuur gezet kan worden.
- Dus, volgens het CBS zal het verbod van de gloeilamp in Nederland maar enkele promillages energiebesparing opleveren.