Wat is je intentie
Filosofen en intentie
Volgens sommige filosofen gaat het niet om wat je doet, maar met welke intentie je het doet. Weer andere filosofen vinden dat het niet gaat om wat je intentie is, maar wat je gedrag voor gevolgen heeft. Maar voor beide gedachtengangen is iets te zeggen en iets af te dingen. Want hoe weet je zeker dat je intentie de juiste is en dat je gedrag de juiste gevolgen heeft.
Intentie of gedrag
Voor Aristoteles was de intentie die iemand heeft bij zijn gedrag van belang. Dus als je iets slechts deed, maar met de intentie iets goeds te doen, dan was het goed. Dus als ik iemand opsluit om zo te voorkomen dat hij vermoord wordt, dan is dat goed gedrag. Of als ik iemand ontsla om te voorkomen dat tien andere mensen werkloos worden dan is dat goed gedrag. Mijn intentie is namelijk goed. Ook al kan het heel goed zijn dat de intentie die ik heb slechts een verklaring is voor mijn gedrag, zodat ik mijn werkelijke intentie niet hoef te kennen. Want ik kan natuurlijk ook iemand ontslaan omdat ik een hekel aan hem heb. Maar ik kan die intentie verbergen achter het feit dat ik door het ontslag tien anderen niet hoef te ontslaan. Of ik kan iemand opsluiten omdat ik hem niet aardig vindt. Maar verberg die intentie vervolgens achter het feit dat er ook mensen zijn die de persoon zo haten, dat ze hem willen vermoorden. Voor Kant was het echter niet de intentie die van belang was. Kant vondt dat het resultaat de maat was voor het gedrag. Dus als ik iemand opsluit om hem te beschermen, maar die persoon pleegt vervolgens in wanhoop zelfmoord, dan was mijn gedrag dus niet goed. Terwijl als ik iemand vermoord en ik red daardoor tien mensen van de slavernij, dan was die moord dus goed. Wat Kant dus belangrijk vond is wat anderen vonden van de uitkomst van mijn gedrag. Vandaar natuurlijk ook zijn gedachtengang dat je alleen gedrag moet vertonen waarvan je vindt dat iedereen het moet vertonen. Maar hoewel voor beide benaderingen van ons gedrag iets te zeggen is, hebben ze beide een probleem, namelijk de intentie en de beoordeling. Kan een mens namelijk zijn intentie kennen en kan een mens wel objectief het gedrag van anderen beoordelen.
Kennen en Beoordelen
Als het gaat om het kennen van onze intentie achter ons gedrag, dan heeft de mens een probleem. We vertonen veel gedrag waar we vervolgens een verklaring voor zoeken en geven. We hebben dus niet eerst de intentie vastgesteld waarom we ons op een bepaalde manier willen gedragen. Maar gedragen ons op een bepaalde manier in een bepaalde situatie en geven er vervolgens een verklaring bij waarom we ons op die manier gedroegen. Het komt zelfs voor dat we ons op een bepaalde manier willen gedragen in een bepaalde situatie en dan achteraf vast moeten stellen dat we ons toch ander gedroegen. Waarna we met een verklaring komen waarom we ons gedrag veranderden en een andere intentie hadden. Hoeveel mensen bedenken bijvoorbeeld van tevoren dat ze voor zichzelf willen opkomen, door bij hun werkgever een hoger salaris te eisen. Vervolgens komen ze bij hun baas en gedragen ze zich onderdanig. Waarna ze naderhand zeggen dat ze opmerkten dat hun werkgever met een probleem zat en hem niet wilden lastig vallen met hun verzoek.
Beoordelen
Als het gaat om het beoordelen van het gedrag van anderen, dan weten we vaak perfect of iemand goed of fout is. Een dief is fout, terwijl een dokter goed is. Tot we er achter komen dat de dief de intentie had om met zijn inbraak geheimen openbaar te maken om de maatschappij te beschermen. Of dat we er achter komen dat de dokter zijn onderzoek doet om er persoonlijk rijk van te worden, door het voor veel geld te verkopen aan een farmaceut. Plots blijken we de intentie achter het gedrag te gebruiken om het gedrag te beoordelen. Maar waarom we de intentie hebben om het gedrag te beoordelen is vaak niet duidelijk. Of te wel wat is onze intentie als wij iemands gedrag beoordelen.
Intentie
Vaak komt onze intentie niet verder dan vinden dat we iemand moeten beoordelen, omdat anderen vinden dat we een oordeel moeten hebben. Om de simpele reden dat we niet uit de toon willen vallen bij anderen. Ook al hebben we geen enkel belang bij het oordeel of het gedrag dat we beoordelen. Maar wat dan onze intentie is om niet uit de toon te willen vallen is vaak onduidelijk. We hebben dus een oordeel over anderen zonder te weten waarom we anderen beoordelen. Waarbij we als we naar onze intentie gevraagd worden vaak sociaal wenselijke antwoorden geven, antwoorden als:
- Dat is toch logisch.
- Iedereen weet toch het verschil tussen goed en slecht.
- Als je dit soort gedrag goedkeurt, dan wordt het chaos.
- We hebben nu eenmaal regels afgesproken.
- Je kunt niet alles goed vinden.
- Wie zijn billen brand, moet op de blaren zitten.
- Als je de regels overtreedt, dan moet je de consequenties van je gedrag accepteren.
Toch zijn geen van deze antwoorden een antwoord op de vraag wat onze intentie is achter het beoordelen van anderen. Want onze intentie is vaak veel persoonlijker. Zo kunnen we iemand bijvoorbeeld veroordelen voor zijn gedrag, omdat wij zelf in het verleden slachtoffer zijn geweest van vergelijkbaar gedrag. Of we veroordelen iemand, omdat we denken dat we daar voordeel van hebben. Het kan zelfs gemakzucht zijn waarom we iemands gedrag veroordelen. Omdat het makkelijker is om iemand te veroordelen, dan te onderzoeken waarom iemand dat gedrag vertoont. Zodat we vervolgens een gefundeerd oordeel kunnen vellen over het gedrag dat we beoordelen.
Intentie kennen
Maar is het voor mensen dan eigenlijk wel mogelijk om hun intentie achter hun gedrag te kennen. In zekere zin zou je kunnen stellen van niet. Maar eigenlijk moet ik zeggen, dat het niet mogelijk is om de intentie van anderen te kennen. Iemand kan tenslotte heel eenvoudig zeggen dat hij een positieve motivatie heeft om iets te doen, terwijl hij een negatieve reden heeft. Zo heeft de regering Bush, die de oorlog in Afghanistan en Irak begon altijd beweert dat het was om democratie te brengen. Maar beweren allerlei andere bronnen dat de belangrijkste reden om oorlog te voeren in Irak, het veilig stellen van de olie toevoer naar de VS is. Terwijl de motivatie voor Afghanistan waarschijnlijk ligt in het geld verdienen aan een oneindige oorlog door bedrijven waar ministers uit het kabinet van Bush aandelen in hebben. Welke motivatie waar is, is echter niet erg van belang, omdat zowel de Irakezen als de Afghanen er nauwelijks een beter leven door gekregen hebben. Zoals je ziet pas ik hier nu het principe van Kant toe, dat gedrag een positief effect moet hebben voor de ontvanger van je gedrag.
Voor onszelf
Voor onszelf zou het echter goed zijn als we onze eigen intenties kennen. Doen we iets omdat we dat zelf willen of doen we het omdat we denken daar anderen een plezier mee te doen. Om daar achter te komen, moeten we behoorlijk wat denkwerk verrichten. Want we hebben geleerd dat we veel dingen niet mogen denken. Zo mogen we niet slecht denken van andere mensen. We mogen ook geen plannen maken om onszelf te bevoordelen ten opzichte van andere mensen. We mogen onszelf ook niet beter vinden dan andere mensen. Het gevolg daarvan is dat we al snel allerlei intenties die we hebben en die we als negatief beoordelen voor onszelf, maar vooral voor anderen verbergen. Daarnaast hebben we geleerd dat veel gedrag verklaard kan worden door verschillende intenties. Zo kan ik een ander goed behandelen, omdat ik vind dat ik anderen goed moet behandelen. Maar ik kan een ander ook goed behandelen, omdat ik op een later tijdstip de ander om een wederdienst wil vragen.
Hoe dan
Het is dus nog behoorlijk moeilijk om onze eigen intenties voor ons gedrag te kennen. Zo kunnen we het gedrag vertonen, omdat we vinden dat anderen dat van ons verwachten. Of we kunnen vinden dat we ons goed moeten gedragen, omdat dat hoort. Maar we kunnen het gedrag ook vertonen omdat het ons een goed gevoel geeft. Terwijl het ook nog mogelijk is dat we een goed gevoel hebben en ons daarom op een bepaalde manier gedragen. Hoe kunnen we in deze situatie dan onze eigen intenties kennen, als er zoveel intenties mogelijk zijn? Een eerste truc is meditatie, waarbij je zonder oordeel je gedachten langs laat komen. Een tweede truc is therapie, waarbij je gewoon blijft praten en onderzoeken tot je het gevoel krijgt dat je antwoord klopt. Een derde truc is kijken naar wat je doet over een langere periode. Want vaak blijkt uit je gedrag wat je werkelijke intentie is. Een vierde truc is kijken naar wat je gedrag je doet. Word je blij van wat je doet, dan is je intentie waarschijnlijk positief. Voel je jezelf bezwaard nadat je iets gedaan hebt, dan was je intentie waarschijnlijk negatief te noemen. Een vijfde truc is je afvragen of dit het gedrag is dat je had willen vertonen als de situatie optimaal was geweest. Wat je wel van al deze trucen kunt zeggen is dat ze tijd kosten en moeite. Je moet dus wel de intentie hebben om er achter te komen wat je motiveert om je op een bepaalde manier te gedragen.
Conclusie
Mensen hebben de neiging om iemands gedrag te veroordelen, omdat de regels nu eenmaal zo zijn. Totdat we meer weten over de intentie achter dat gedrag. Maar wat nu onze eigen intentie is om het gedrag van anderen te beoordelen weten we vaak niet. We weten vaak zelfs niet wat onze echte intentie is achter ons eigen gedrag, hoewel we vaak snel een verklaring klaar hebben als ons daarom gevraagd wordt. Hoewel het moeilijk is om je eigen werkelijke intentie te kennen, omdat we gehinderd worden door wat we geleerd hebben dat wel en niet mag, is het wel mogelijk om er achter te komen. Het kost alleen wel tijd en moeite.